‘Zeg tegen een binnenschip nooit boot, maar zeg: schip’
Met Google zoeken naar
‘schipperskind’ op het web
Zoekmachine Google zet in 0,27 seconde 66
webverwijzingen met het woord ‘schipperskind’ op het
scherm. De aanleiding voor de zoekvraag is een
toevallige. Hans Oomens, vice-voorzitter van LOVT, de
Landelijke Ouder Vereniging Trekkende bevolking, vroeg
in de mailinglist VAART!Familie: ‘In plaats van
internaat ben ik eigenlijk al langer zoekende naar een
wat vriendelijker term, wie helpt?’ Het woord
‘schipperskinderhuis’ kent Google nog niet. Maar Oomens
wil vast wel meer suggesties. Het Web zocht online
inspiratie.
Het is een bonte oogst. Van een rechters-bijbaan en
stage van een Tweede Kamerlid, tot columnisten van
schippersafkomst en een heus schipperskind op een
internaatssite. Je komt van alles tegen bij het volgen
van de Google-lijst met ‘schipperskind’.
Eerst even:
wat is Google? Zoekmachines helpen in miljoenen
webpagina’s de weg te vinden. Google is er één van. In
Nederland nog niet de grootste, dat is Ilse. Maar
volgens kenners wel de beste. Logisch dat een
schippersvrouw in dezelfde mailinglist VAART!Familie -
een rondzendlijst waar je je voor aan kunt melden als
je met andere varenden wilt ‘praten’ over het varend
bestaan - iemand van de wal vraagt iets voor haar ‘op
te googelen’. Aan de wal, via kabel-internet of een
vaste telefoonlijn gaat dat immers sneller dan van
boord, en mede-internet’ers zijn zeer behulpzaam.
Robot onverbeterlijk
Er zijn nog meer zoekmachines. Altavista bijvoorbeeld,
of Vindex. Maar die vergeet je als je Google een paar
keer hebt geprobeerd. Google doorzoekt supersnel alle
pagina’s op het web. Een robot surft voortdurend langs
de vele, vele sites en slaat alles op wat ie tegenkomt.
Ieder z’n vak. De één is goed in varen, de ander in
websurfen. De Google-robot lijkt onverbeterlijk.
Ilse was toe aan iets nieuws, maar vond de
Google-techniek te duur. Dus kom je nu via Ilse
allereerst terecht op sites die bekeken en uitgezocht
zijn door de beheerders van Startpagina-dochters. Niet
slecht voor de binnenvaart, want de ‘dochters’
scheepvaart.pagina.nl, scheepsbouw.pagina.nl, en
cruise.pagina.nl vermelden vrijwel alles wat varend het
vinden waard is. Maar géén 66 links naar pagina’s met
het woord ‘schipperskind’.
Schippersboot
De eerste brengt ons bij Sophie Kreuze (15), die met 68
andere schipperskinderen in een internaat in Terneuzen
woont. Een verslaggever van BN/DeStem vroeg haar voor
de krant hoe dat nou is. ‘Stel, je ouders hebben geen
gewoon huis, maar een schippersboot. Voor jou geen
thuis aan de wal dus, maar een op het water.’ Dat
Sophie het prima naar haar zin heeft straalt ze uit op
de foto. ‘We kunnen het goed met elkaar vinden. Nou ja,
we schelden elkaar wel eens uit, maar da's voor de
gein. Echt ruzie maken we nooit’, vertelt ze. Boven het
verhaal staat: ‘Een schipperskind is nooit alleen’.
Een klik verder zit je in België, op de site van het
6de leerjaar "Omaira Sanchez" van Het Molenschip te
Evergem. Het internaat heet officieel: ‘Tehuis van het
Gemeenschapsonderwijs voor kinderen waarvan de ouders
geen vaste verblijfplaats hebben’. Dat klinkt toch ook
niet echt lekker als alternatief. De naam van de klas
is een verhaal apart, maar op de prachtige klassesite
heeft Sammy zijn eigen pagina onder de kop ‘Ik ben een
schipperskind’. Voor iedereen die er niets van begrijpt
schrijft hij: ‘ZEG TEGEN EEN BINNENSCHIP NOOIT BOOT,
MAAR ZEG: SCHIP!’
Nooit één poot aan boord
Oude verhalen kom je via Google ook tegen, zoals ‘Het
gaat niet om internaten, het gaat om
schipperskinderen’
uit Magazine Binnenvaart van september 1999. Op de
Nijmeegse universiteitssite KUNieuwsWWW schreef Jos
Joosten in 1998 zijn eigen column ‘Joosten’. Over het
korte verhaal "Het V-woord" van Martijn van Opbergen:
‘Mis gaat het bij deze overdenking van de ik-figuur:
"Het gaf teveel spanningen afwisselend op het internaat
en de boot van mijn ouders te wonen". Zoals de ruiter
nooit over de "poten" van zijn paard spreekt, spreekt
geen oud-schipper, schipper of schipperskind ooit over
een "boot". Schippers varen op schepen’, houdt Joosten
de schipperseer hoog. ‘Inhoudelijk zegt dit natuurlijk
niks over Van Opbergens verhaal. Maar ik weet zeker dat
hijzelf nooit één poot aan boord heeft gezet.’
En wie kent niet het kinderliedje ‘Alles in de wind,
alles in de wind, daar liep een schipperskind‘. De
tekst staat met heel veel andere liedjes (over
Sinterklaas en Kerst bijvoorbeeld) op de website
Kinderstraat 101. De site ‘Nederlandse volksliederen en
-liedjes’ heeft de tekst ook, maar daar ‘loopt een
schipperskind’.
Definitie schipperskind
De site van de Algemene Schoolleiders Vereniging, met
een definitie van ‘schipperskind’ lijkt niet langer
bereikbaar. Google heeft in z’n ‘cache’ nog een kopie
van de laatst bekende versie. Met zulke overblijfselen
was het zelfs mogelijk de gewiste site van
internetbedrijf Newconomy te reconstrueren, dus ook de
definitie van schipperskind: ‘Onder schipperskind wordt
verstaan een leerling die verblijft in een internaat of
pleeggezin en van wie de vader of moeder het
schippersbedrijf uitoefent of heeft uitgeoefend’.
Wisten we natuurlijk, maar als schoolleiders moet je
wel weten waar je het over hebt. In de Google-cache
meer over ‘aanvullende formatie’ waar scholen met
schipperskinderen in het schooljaar 2000-2001 aanspraak
op konden maken. Voor het lopende schooljaar staat die
informatie op Kennisnet.
Het web lijkt de plek waar schipperskinderen vol trots
hun herkomst uitdragen. De Volkskrant volgt
schipperskind Jo (Johanna) den Engelsman, 79 jaar, uit
St. Annaland op Tholen, tijdens de Zeeuwse toernee van
Willem-Alexander en Máxima door Zierikzee. ‘Ze is een
schipperskind. Geboren op het schip dat in Oude-Tonge
lag aardappels te laden. Tot aan haar trouwen voer ze
mee met haar ouders: aardappelen uit Zeeland naar
Haarlem brengen, drie keer in de week. Overdag laden,
's nachts varen. (...) Getrouwd met een schoenmaker, drie
kinderen, altijd op Tholen gewoond, nu als weduwe. 'Een
vrolijke dame' vindt ze Máxima. 'As die zo doorgaat met
d'r eigen te laten zien, wordt ze wel een vrouw van het
volk.'’
De Haagsche Courant introduceert Dirk Verdoorn, die nu
als maritiem schilder furore maakt in Zuid-Frankrijk:
‘Die voorliefde voor schepen komt bij de tot fransman
genaturaliseerde Nederlander niet uit de lucht vallen.
Hij groeide op in Dordrecht als een schipperskind op de
boot van zijn vader. Jarenlang voer hij zelf, tot hij
aan de wal belandde, in Frankrijk.’ In 1998 was er de
radioserie ‘Levensverhalen’, nu nog via het web te
beluisteren. Over gewone mensen, zoals Geert van der
Molen, een vrouw van 78 jaar, geboren in 1919 op een
schip. ‘Goeie eerste tien jaar op het zeilschip, weinig
school, veel eensgezindheid in het kleine huiskamertje
aan boord. Daarna volgen tien slechte jaren aan wal bij
oma, die niet van Geertje houdt. Er wordt op Geert
neergekeken als "dom" schipperskind.’
In zijn boek ‘Hoop doet leven’ beschrijft Klaas Jansma
het levensverhaal van skûtsjeschipper Pieter Brouwer
(1904-1985). ‘Een schipperskind had geen jeugd.’ De
Alternatieve Troonrede 2001 begon er mee: ‘Vorige week
dinsdag moest ik denken aan die ene dag dat ik als
13-jarig schipperskind wakker werd op het water, in de
Rotterdamse haven. Wat een herrie! Vader zei: kunnen ze
verdorie niet op een ander tijdstip oefenen, die
soldaten? Maar ik zag de soldaten en aan hun helmen zag
ik dat ze niet bij ons land hoorden. Het was de dag
waarop mijn alledaagse, gewone leven ineens veranderde
in het meest verschrikkelijke dat je kunt bedenken:
oorlog.’
Het verhaal over schipperskinderen op het web is
eindeloos. Er zijn er volgens Google nog veel meer:
Marga Adriaanse, Groninger Gerben Hoekstra, Mara (van
de Avontuur), Ed Tonissen (Pannenkoekenrederij), de
verkeersdeskundige van Rijkswaterstaat die D66-Kamerlid
Francisca Ravestein rondvaart, conservator Adri
Mouthaan en H. Harmsen die volgens het
Antecedentenregister Rechterlijke Macht behalve rechter
in Rotterdam ondermeer bestuurslid is van de Dordtse
Stichting ‘Het Schipperskind’.
Maar een vriendelijker woord voor ‘internaat’? We
zoeken verder...