Wettelijke meldplicht ongevallen voor schippers en waterbeheerders
Aanbevelingen veilige vaart
bij Raad Transportveiligheid
De Raad voor de Transportveiligheid (RVTV) doet van
zich spreken. Met recente ongevalsrapporten over
zinkende schepen op Marker- en IJsselmeer, over
computergestuurde roerpropellors, over de risico’s van
hefbare stuurhuizen en - in ‘t verschiet - een
onderzoek naar de dode hoek-problematiek in de
binnenvaart. Mr Pieter van Vollenhove staat er aan het
roer. Het Web onderzocht de veilige vaart op internet.
Op www.rvtv.nl zetelt de Raad voor de
Transportveiligheid. Pats! Bij binnenkomst van de site
heb je meteen het gratis meldnummer voor (ernstige)
ongevallen en incidenten te pakken: 0800-meldrvtv of
0800-6353 7888. Houd het voortaan bij de hand, want er
is een wettelijke meldplicht voor betrokkenen zoals
schippers, eigenaren, exploitanten en waterbeheerders.
Deze meldplicht geldt voor zowel de beroepsvaart als de
recreatievaart.
Via ‘sluit venster’ komt de rest van de site in beeld:
een beetje geel en veel paarsblauw, midden op het
scherm persberichten met het laatste nieuws. ‘13
november 2001, Onderzoek naar tien
scheepvaartongevallen op Marker- en IJsselmeer’ staat
bovenaan. Toevallig een binnenvaartbericht, want de
RVTV doet onderzoeken in alle transportsectoren:
scheepvaart, luchtvaart, railverkeer en wegvervoer,
alsmede transport per buisleiding. Een week eerder was
er nog ‘Aanrijding van een personenbusje door een
reizigerstrein in Breda op 11 november 1999’. Het
volgende onderzoek betreft toch weer binnenvaart, over
de gevaren van hefbare stuurhuizen. Maar tegen die tijd
is de krant alweer gedrukt.
Onafhankelijk onderzoek
Onderzoeken van de Raad voor de Transportveiligheid
zijn onafhankelijk, bedoeld om vast te stellen wat de
oorzaken en achtergronden zijn van incidenten en
ongevallen of categorieën van ongevallen in alle
transportsectoren. Het gaat niet om vragen van schuld
of aansprakelijkheid, maar alleen om het voorkomen van
(soortgelijke) ongevallen in de toekomst. De RVTV
schrijft onderzoeksrapporten, met aanbevelingen aan
diegenen die een bijdrage zouden kunnen en moeten
leveren aan het voorkomen van ongevallen.
Klik op het bericht over Marker- en IJsselmeer en je
krijgt nog eens een lijst met persberichten, nu met een
icoontje om ze te downloaden in Word. Dat is
omslachtig. We willen alleen maar de tekst over het
onderzoek naar ongevallen op het Marker- en IJsselmeer.
Misschien via de knop ‘Rapporten’? Een eindeloze
stapeling van rapportsamenvattingen, te beginnen met
luchtvaart. Snel doorklikken naar scheepvaart, bovenaan
de samenvatting van het Marker- en IJsselmeerrapport.
Het zinken van één schip was de aanleiding, maar het
werden er vanzelf meer.
Op 30 november 1999 vervulde en zonk het met 1170 ton
rode gasolie geladen motortankschip Zinnia op het
IJsselmeer ter hoogte van de Rotterdamse Hoek. De RVTV
stelde een onderzoek in naar de oorzaak, en toen dat
liep vond op het Marker- en IJsselmeer nog een aantal
soortgelijke ongevallen plaats. Voor het onderbouwen
van de bevindingen is uiteindelijk gebruik gemaakt van
in totaal tien onderzochte ongevallen. Ze vonden
allemaal plaats op ruim water en het risico van een
grootschalige milieuverontreiniging was in alle
gevallen reëel aanwezig. Verder ging het om zaken als
het zeeklaar maken, de weerssituatie en de constructie
van schepen.
Menig binnenvaarder onderschat de risico’s van varen op
het ruime water van het Marker- en IJsselmeer. Volgens
de RVTV wijzen resultaten van het onderzoek dan ook
naar een verbetering van de wet- en regelgeving met
betrekking tot zone 2 water, spatwater- en regendicht,
veiligheidsafstand en het vrijboord van
binnenvaartschepen. De weersinformatieverstrekking kan
eveneens beter.
In de aanbevelingen wordt niet alleen het ministerie
van Verkeer en Waterstaat aan het werk gezet, maar ook
de binnenvaartorganisaties. Het complete
onderzoeksrapport (396 Kb in pdf-formaat) is meteen
binnen te halen voor wie de details weten wil. Raar dus
om dan onderaan een ANP-bericht te lezen dat het
ministerie nog geen commentaar kan geven, ‘omdat men
het rapport nog niet heeft ontvangen’. Hebben ze dan
geen internet? Rapporten zijn overigens ook nog steeds
in druk te bestellen bij de SDU.
Kamer Scheepvaart
De Raad voor de Transportveiligheid is per 1 juli 1999
bij wet ingesteld. Per sector zijn Kamers ingericht
waarvan de leden zijn aangewezen op basis van
deskundigheid op het gebied van de transportsectoren.
Via de knop ‘Organisatie’ kom je op de site bij ‘De
mensen’, met een volledige opsomming van wie er
allemaal in de overkoepelende Raad zitten en in de
verschillende Kamers. In de Kamer Scheepvaart zijn dat
voorzitter J.A.M. Elias en zijn plaatsvervanger mr D.M.
Dragt, de leden prof. ir A. Aalbers, jhr. mr B.C. de
Savornin Lohman en L.P.A. de Winter, en de
plaatsvervangende leden K.J. van Dorsten, dr G.A. Egas
Repáraz, P.M.J. Kreuze, mw. M.J. Torpstra en H.J.G.
Walenkamp.
Op de vraag welke ongevallen aan de RVTV gemeld moeten
worden, geeft de Wet Raad voor de Transportveiligheid
(ook te vinden op de site) als antwoord: "Elk voorval
aan een schip overkomen, waarbij dodelijk of ernstig
letsel of schade van betekenis aan een schip of aan het
mariene milieu is veroorzaakt". Dit betekent, dat
nagenoeg alle scheepvaartongevallen ingevolge
wettelijke verplichting moeten worden gemeld en
onderzocht.
In de eerste 18 maanden van het bestaan van de RVTV
werden 280 (zeer) ernstige scheepvaartongevallen op de
binnenwateren geregistreerd. In het jaar 2000 waren er:
106 ongevallen, waarbij beroepsvaart was betrokken; 34
ongevallen, waarbij recreatievaart was betrokken; 6
ongevallen tussen beroepsvaart en recreatievaart; en 8
ongevallen overig. Er kwamen daarbij 14 personen om het
leven bij de recreatievaart; het aantal personen met
ernstig letsel bedroeg 24. Het aantal ongevallen, dat
werkelijk heeft plaatsgevonden, ligt volgens de RVTV
veel hoger dan het aantal geregistreerde ongevallen
omdat niet iedereen zich houdt aan de wettelijke
verplichting van het melden van een ongeval.
In veel
gevallen is de menselijke factor van belang. Oorzaken
liggen vooral in onvoldoende toezicht, onvoldoende
zeewaardigheid, gebreken in uitrusting, technische
mankementen, gebrekkig onderhoud, niet tijdig ontdekte
defecten, geen goede zeemanschap, enz..