Welkom bij VAART! Klik hier voor Sitekoers als afstandsbediening.



Nieuws, vragen, suggesties of opmerkingen over VAART! kun je kwijt bij de redactie op dvdm@compuserve.com

Deze pagina is het best te lezen met Netscape 3.0 of een vergelijkbaar type browser.

© 1998
VAART! Info

Hylke op Frankrijkvaart (7)

d o o r   F R A N K   J A N S E N
kapitein/eigenaar mslb Hylke
E-mail reisberichten uit Scheepspraet


In een apart scherm: Vaarkaart
Meer Frankrijk: VNF - Voies Navigables de France, France Océan, Mer, Maritime, Le Canal Seine Nord, Les Canaux de France.

Voorbereiding
Trossen los
Op VNF-wateren
De Franse slag
Route 69
Alles wat drijft
Kruisende vaarwegen
Van Marne
naar Saone
"C'est l'homme
du bateau"
Op 148 uren
vanaf Utrecht
Nachtmerrie
in de tunnel
Nog 43 sluizen
tot de rivier
'Bumperboats'
op de Saone
Het ene kanaal is het andere niet
Een goede fles maakt veel goed
'We praten er niet meer over'
'Schleppertreffen'
Hollandse thuiskomst

Vitry le François
24 juni 1998

Na een rustig maar warm stukje varen met nog maar 7 sluizen komen we in Vitry aan. Dit stadje ligt op een kruispunt van vaarwegen, naar het noorden richting reims, naar het westen ga je naar Parijs, het zuiden staat voor de Saone en oostelijk, waar wij nu vandaan komen ligt Nancy en de Rijn.
Het is een
'oude' nieuwe plaats, verwoest in de oorlog en weer nieuw gebouwd, centrum van de binnenvaart en er zijn twee werven/reparatie ateliers.

Niks mooie ligplaats... Alles is 'envasé', dichtgeslibt. We zitten te moren in die bagger om uiteindelijk maar aan de kade bij de silo te gaan liggen.
Koeling dicht dus maar weer doorblazen met de dekwaspomp...

We liggen hier tegenover de schippersbeurs, dus jullie begrijpen wel, daar moet ik het mijne van weten.
Naar de beurs dus en na een goed gesprek met de oude dame met een bril 'a la gezicht 69 ;-)) ben ik weer helemaal op de hoogte.

In tegenstelling tot wat ik dacht is de vaart hier zelfs verdubbeld vergeleken met eerdere jaren, vertelt ze. Veel spitsen varen leeg het Marne à la Saone op tot Bologne om daar voor het noorden te laden.
Iedere beursdag vertrekken er gemiddeld twee spitsen. Dan vertelt ze trots dat de verladers het kanaal weer 'herontdekt' hebben als vervoersader.
Nou, zal mij benieuwen hoe dat in de nabije toekomst gaat.

Vervolgens spurt ik naar de scheepswerf hiernaast om in het dok te kijken waar een Parijse woonspits ligt. Zo'n werf ziet er heel anders uit dan bij ons. Let niet op de rotzooi en de ARBO wetten en zo...
Het is een dokje, 1 meter diep, met een roldeur en een grote pomp om de zaak droog te krijgen.
Op een paar blokken en wat oude rails komt de spits dan droog te staan voor inspectie.

Ik tref het want er zijn net twee inspecteurs om een cascometing te doen. Omdat de spits maar een halve meter van de grond staat liggen die lui op een rolplank, op hun rug onder het vlak te hameren. Aan de bekende krijtstrepen en cijfers kan ik zien dat er het nodige te doen is voor de eigenaar. Zij komt hierheen omdat de Parijse werven extreem duur zijn en je wordt er getild bij het leven.

Ik praat nog even na met een inspecteur en hij vertelt dat zij niet van een verzekering of van Veritas zijn, maar dat ze in dienst zijn van de overheid. Er is een wet die bepaalt dat iedere 'peniche maison' om de 10 jaar voor inspectie droog moet. Voor de veiligheid.

Hij loopt met mij langs de spits en wijst me de slechte plaatsen aan. Het water van Parijs is erg aggressief, vertelt hij, en de eigenaar moet eigenlijk ook anodes plaatsen want de schroef heeft het halve achterschip opgevreten! Dat worden dure reparaties. Verder zit de kop behoorlijk inelkaar en moeten er scheuren gelast worden. Een spits wordt niet dik gebouwd dus reken maar uit wat putcorosie doet na een jaar of 30.

Dan weer aan boord en nauwelijks het eten op of daar komen zelfs drie spitsen aan. Eén geladen met kunstmest voor een sluis verder en twee lege die naar Nancy gaan. Ze komen hier graag liggen omdat het veilig is en ze praten even bij.
De geladen (Franse) Belg zoekt een praatje en hij geeft me nog wat informatie over het kanaal wat we nu gaan varen. Het is 'envasé' (dichtgeslibt), zegt hij en het is moeilijk om een spits te kruisen.

Dan het onvermijdelijke gesprek over het werk en zo. Hij vertelt me dat de Franse overheid bij bedrijfsbeëindiging alleen een premie betaalt wanneer het schip -niet- voorzien is van een klopbrief en Communitair Certificaat, wanneer het een slooprijp wrak is dus.
In België is het precies andersom. Daar betaalt de overheid alleen als het een echt gebruiksklaar en goed schip is, in bezit van de juiste papieren. Vreemde zaak lijkt me dat, of toch niet? De Franse schipper gaat namelijk nooit naar een werf tenzij hij dreigt te zinken. Dus een certificaat hebben ze toch al niet...

Al met al een drukke dag vandaag en morgenvroeg om 9.30 uur staan we op de lijst om aan het avontuur te beginnen. Het 'Marne à la Saone' kanaal dat ons naar de streek rond Dijon zal brengen. Spannend hoor, zo'n route waar je nog weinig van weet. Richard, ik heb je aanwijzingen in de kaart staan en we zien wel weer. Je hoort nog wel hoe het allemaal loopt. 48 vaaruren, 71 sluizen omhoog en 43 naar beneden, tunnel van 4800 meter...

Met groet... Frank



Tankauto
24 juni 1998

Jachten hebben ook olie nodig en wat doen die als de tank leeg dreigt te raken?
Iedere jachtschipper heeft een paar jerrycans en een trekkarretje bij zich en zoekt de dichtstbijzijnde supermarkt op om goedkoop zijn diesel te laden. Maar het kan ook anders.

Vanmorgen in Pargny lagen er twee Duitsers, een Hollander en een Belg. Die vroegen mij waar ze het beste olie konden tanken en ik gaf ze de raad om even het dorp in te lopen en die mijnheer met dat tankautootje uit te nodigen. En ik zei erbij dat ze moesten zeggen 'Pour mon tracteur monsieur' ;-))

De Belg spreekt ook Frans en zowaar, even later komt de tankauto aan de kade en iedereen kan zijn boot en de nodige jerrycans voltanken. En dat was dus hele beste olie... Je raadt het al denk ik...
Olieboer blij met zo'n grote afname... Jachten blij met die leuke prijs... En zo hoort het ook. Het leven is al duur genoeg...

Met groet... Frank



Orconte
28 juni 1998

Uit Vitry le François vertrokken en nu eens even kijken hoe het kanaal 'aanvoelt'.
En dat valt meteen een beetje tegen, want we 'kleven' als het ware aan de bodem en zijn niet vooruit te branden. De kwaliteit van de panden is wisselend. Door de bank genomen kan ik maar net mijn 800 toeren halen, waarbij we bijna 7 km maken. Reken daar de sluizen bij dan hebben we een gemiddelde van 5 km/uur. Op een dag van een uur of 4 varen leggen we zo 20 km af.

Het landschap verstopt zich achter dichte bossages langs de overs maar later op de fiets zie ik dat het een "pays plat" is, of te wel net zo plat als ons land.
Overal bouwland waar gerst, rogge en mais staan te rijpen. Gerst ruikt lekker en ik droom al van het heerlijke bier dat ze er straks van gaan maken ;-)

In het plaatsje Orconte is zowaar een prachtige kade bij het VNF onderhoudsgebouw. We besluiten hier een dag extra te blijven om uit te rusten en schip shape te maken. Het is heet, erg heet en de weg naar de bakker is voor mijn fiets geplaveid met gesmolten asfalt, wat aanvoelt als dikke lijm.
Dan maar over het voetpad.

De bakker belooft mij een heerlijk bruinbrood te leveren morgenochtend, duur maar erg lekker. Weer eens iets anders dan het stokbrood dat we iedere dag knappend vers verslinden. En dan die heerlijke croissants... Trouwens, de bakkers zijn hier echte kunstenaars in het maken van eenvoudige maar lekkere gebakjes in de vorm van vruchtenvlaaitjes en dan de 'eclaires', een soort smalle puddingbroodjes met suikergelei erop...

Verder fietsend kom ik langs een paar enorme zwembaden, tenminste dat lijkt zo. Het is echter een zandgat waar zand en grind gewonnen wordt op een heel aparte wijze. Niet als bij ons met een zuiger of emmermolen in een plas waar de schepen hun lading halen, nee het gaat hier heel anders in zijn werk.
Wel eens de enorme emmermolen gezien die ze in Duitsland gebuiken om in dagbouw bruinkolen af te graven?

Nou, zo gaat het hier in het klein. Een flinke machine met twee emmerladders rijdt zijdelings over rails heen en weer en harkt zo zand uit het gat dat steeds maar groter wordt. Iedere keer als de machine het eind van de rails heeft bereikt dat verschuift men die rails een halve meter en gaat de volgende rit gemaakt worden. Het opgebaggerde materiaal valt op een eindeloos lange transportband die het afvoert naar een centrale verwerking alwaar het transport volgt door vrachtwagens! Komt geen schip aan te pas!

En wat gaat men later doen met die enorme rechthoekige gaten? In de buurt van Nancy maakten ze er drinkwater recervoirs van, hier worden het forellenkwekrijen of zo.
Op 5 km afstand ligt een enorm kunstmatig meer wat in 1972 onder water is gezet en nu voor recreatie wordt gebruikt. Het is het grootste kunstmatige meer van Europa.

Met groet... Frank



St. Dizier
28 juni 1998

Vertrokken uit het zeer landelijke Orconte en op weg naar St. Dizier. We sukkelen rustig door de kanaalpanden heen, soms automatische, soms handbediende sluizen en dan vraagt de sluiswachter waar we willen liggen. In de Halte Fluvial zeggen we dan maar, omdat hij aandringt op een beslissing. Het systeem blijkt zich hier tegen ons te keren want nu is er geen weg terug.
We kunnen dat kleine haventje niet in en wat nu? Sluiswachter weg, dus aan de kant proberen te komen en met de fiets op pad om de goede man te zeggen dat we verder willen. Mooi niet, man is pleite.

Dan maar op eigen houtje naar de volgende sluis, die tot ons geluk open staat. Draaien maar, draaien maar... Deuren, kleppen en weer deuren en we zijn erdoor. Met het zweet op de rug want het is zwaar werk...

De grote stad. Lawaaiig, industrie en 'dikke' lucht. We meren tenslotte af aan de kade bij de VNF net boven de sluis, waar ze vreemd opkijen van dat ongeautoriseerde gedonder, en ik pak meteen de fiets naar een enorme supermarkt. Een Cora, een super waar Appie Hein zelfs van op zal kijken: 26 kassa's, inpandige kapper, restaurant en je kunt er alles kopen van een jurk tot een biefstuk.

Fietsen is hier een beetje een Russische roulette heb ik de indruk. Het lijkt wel of fietsers als lastige vliegen tegen het behang moeten worden vermorzeld!
Maar goed, ik overleef het weer en neem nog even de kans om naar de oude brouwerij te gaan kijken. Helaas dichtgetimmerd, maar de typische draaiende kap van de mouterij staat nog op de fabriek, als een soort gedenkteken...

Het stuk vestingmuur is netjes geconserveerd en de gendarmes hebben hun intrek genomen in een aangebouwd pand.
En dan plots een heel modern woonwijkje, helemaal in houtskeletbouw opgetrokken en nog verdomd aardig van lijn ook. Heeft een jonge architekt zich even heerlijk kunnen uitleven...

De man van de VNF komt ons 's avonds waarschuwen dat er liefst twee spitsen beneden liggen te wachten, en willen we voor de (gesloten) zondag een goede ligplaats vinden in een volgend dorp dan moeten we ze voor blijven. Spitsen maken hier een duizelingwekkende snelheid van 3 hele kilometers per uur... Of je adem wordt afgeneden... ;-)) Wanneer je achter die jongens terecht komt dan verhang je jezelf aan de eerste beste boom. Dat schiet niet op.

Wat nu? Om 7 uur 's morgens varen dan maar. Niet leuk, maar het moet.
Je moet hier snel kunnen hoofdrekenen om afstanden te schatten. Op die manier kun je ongeveer bepalen waar een spits gaat overnachten of waar je hem op gaat lopen als hij vele uren voor jou vertrokken is.
Tja... het kanaalleven is nog niet zo simpel als men denkt.

Met groet... Frank



Volgende

index