De informatie op deze pagina wordt u aangeboden
door de Raad voor de Transportveiligheid

Lekstabiliteit van beunschepen

Uitgebracht op 6 maart 2003

    In de nacht van vrijdag 19 augustus 2000 op zaterdag 20 augustus 2000 zonk het motorbeunschip Anja. Het schip kwam terecht in ongeveer 10 meter diep water van een grindgat langs de rechter oever van de Gelderse IJssel. Dit grindgat ligt in de omgeving van het Gelderse dorp Giesbeek.

    Na de berging bleek dat het schip een klein gat in het vlak had. Het gat is waarschijnlijk ontstaan tijdens het verplaatsen van een anker van een zandwinzuiger. Het anker is vermoedelijk tijdens het hijsen met de onderzijde van het schip in aanraking gekomen. Doordat alle inspectieluiken in de waterdichte schotten openstonden, kon het hele schip vervullen en zonk het. De Nederlandse en internationale wetgeving schrijft op binnenvaartschepen alleen waterdichte schotten voor bij de voorpiek, de achterpiek en de machinekamer. Door de bouwwijze van beunschepen wordt een veelvoud van waterdichte compartimenten gecreëerd. Om deze ruimten te kunnen controleren, zijn in de schotten inspectieluiken aangebracht.

    Door de betrokkenen op verschillende locaties werd gemeld dat het algemeen gebruik is om de inspectieluiken open te houden op beunschepen die voorzien zijn van een kraan. De bemanning kan dan snel het schip op lekkage controleren. Bij nader onderzoek bleek dit ook daadwerkelijk het geval te zijn. Deze handelswijze maakt weliswaar een snelle controle mogelijk, maar heeft grote negatieve consequenties voor de stabiliteit van deze schepen in geval van lekkage. Doordat de waterdichte ruimten hierdoor alle met elkaar in verbinding staan, is er geen sprake meer van afzonderlijke waterdichte ruimten. Bij een lekkage stromen deze compartimenten vol en is er geen enkele veiligheidsverhogende werking meer van deze hiervoor ontworpen ruimten. Uit het onderzoek is gebleken dat dit niet uniek was voor het mbs Anja, maar dat dit onveilige gedrag als structureel aangemerkt kan worden bij dit type beunschepen.

    Op grond van het onderzoek is een drietal aanbevelingen geformuleerd. Deze zijn:

    1. De Minister van Verkeer en Waterstaat wordt aanbevolen de regelgeving voor binnenvaartschepen in het algemeen en voor beunschepen in het bijzonder, zodanig aan te passen, dat er voorzieningen aangebracht dienen te worden waarmee waterdichte compartimenten vanaf het dek gecontroleerd kunnen worden op binnenkomend water.

    2. De Vereniging van Zand- en Grindschippers, de Vereniging van Waterbouwers in Bagger-, Kust- en Oeverwerken, het Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart, het Kantoor Binnenvaart en de Koninklijke Schuttevaer, wordt aanbevolen hun leden erop te wijzen dat het open laten staan van inspectieluiken in waterdichte schotten het reserve drijfvermogen van beunschepen in ernstige mate vermindert.

    3. De Vereniging van Zand- en Grindschippers, de Vereniging van Waterbouwers in Bagger-, Kust- en Oeverwerken, het Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart, het Kantoor Binnenvaart en de Koninklijke Schuttevaer, wordt aanbevolen hun leden te wijzen op de noodzaak om
      • peilinrichtingen dan wel niveau-alarminstallaties aan te brengen in voor de lekstabiliteit essentiële ruimten, zodat deze vaak zuurstofarme ruimten van buitenaf gecontroleerd kunnen worden op binnenkomend water,
      • ervoor zorg te dragen dat de in waterdichte schotten aanwezige inspectieluiken alleen ter inspectie worden geopend en na inspectie onmiddellijk worden gesloten, om de door de bouwwijze van deze schepen verworven lekstabiliteit door het creëren van waterdichte compartimenten te waarborgen,
      • ervoor zorg te dragen dat schepen waarmee werkzaamheden zijn uitgevoerd waarbij verhoogde kans op schade aan romp of schip bestaat, niet zonder toezicht aan boord in beladen toestand worden achtergelaten.

download het rapport (221 Kb)

 

Terug naar de openingspagina van VAART!