|
||||||||
|
Raad voor de ScheepvaartAanvaring motorsleepboot "Pieter" in het Engelse kanaal met ferry "Neptunia"
Een commissie uit de Raad voor de Scheepvaart, als bedoeld in artikel 29, derde lid, van de Schepenwet, besliste op 12 december 2001 dat de Raad een onderzoek zou instellen naar de oorzaak van deze scheepsramp en dat het onderzoek tevens zou lopen over de vraag of deze scheepsramp te wijten is aan de schuld van de kapitein van de Nederlandse motorsleepboot ’’Pieter’’, Geert Dijkema, wonende te Zandvoort.
OordeelDe Raad is van oordeel dat de kapitein van de ’’Pieter’’ schuld heeft aan de aanvaring. Hij had, voordat hij de car-carrier langszij had, goed uit moeten kijken over zijn stuurboordboeg en moeten wachten met het in de kaart zetten van een positie tot de car-carrier geheel vrij van hem was. Hij heeft door zijn handelen zich niet gehouden aan de voorschriften, voorgeschreven in de Bepalingen ter Voorkoming van Aanvaringen op Zee, het houden van goede uitkijk, voorschrift 5, en heeft door het werken in de kaart met fel licht geen maatregelen kunnen treffen om van de ferry vrij te blijven, voorschrift 16.De Raad is ook van oordeel dat men aan boord van de ferry ’’Neptunia’’ van de aanwezigheid van twee schepen, zowel de car-carrier als de ’’Pieter’’ op de hoogte had moeten zijn. Men kruiste tenslotte een verkeersscheidingsstelsel waarbij, volgens goed zeemanschap, extra voorzichtigheid geboden is. Beslissing BeslissingDe Raad straft kapitein G.Dijkema, geboren 11 december 1953 te Amsterdam, wegens zijn schuld aan de aanvaring door het te zijnen aanzien uitspreken van een berisping.
|