- Bruggen Twenthekanalen (niet opgenomen in het MIT).
Het COV plaatst dit project op de eerste plaats, omdat met relatief
beperkte middelen modal shift van aanzienlijke omvang op zeer korte
termijn realiseerbaar is. Het betreft containervervoer in lijndiensten
tussen Twenthe en de zeehavens. Twee of drie bruggen zijn te laag voor
het varen met drie lagen containers (Ehzerbrug, spoorbrug Eefde).
- Waalproject/containerhaven
Valbrug (opgenomen in het MIT).
Voor de uitvoering van het Waalproject (verruiming en verdieping Waal)
lijkt voldoende geld gereserveerd.
Voor het onderdeel aanleg overnachtingshaven (Lobith en Weurt) zien wij
binnen de planperiode geen reserveringen. De aanleg van de
containerhaven Valburg heeft ons inziens de
hoogste prioriteit en dient uiterlijk
2002 te zijn gerealiseerd (mede vanwege de noodzaak om de
Containerterminal Nijmegen te verplaatsen).
Op grond van het MIT lijkt de aanleg
pas na 2005 voorzien, terwijl de minister eerder heeft bevestigd dat
Valburg in 2002 gereed zou moeten zijn.
- Maaswerken (in het MIT deels opgenomen).
De nieuwbouw van sluis Lith, de herinrichting van vijf voorhavens op
de Maas en de verhoging van de bruggen bij Echt en Roosteren (toezegging
van de regio) is in het MIT opgenomen. De herinrichting van de
voorhavens loopt door geldgebrek een onaanvaardbaar uitstel op. De
steigers voor Belfeld zijn klaar, maar kunnen niet worden gemonteerd.
Voor de overige projectonderdelen ontbreken ons inziens middelen.
Het meest knellend is de situatie rond Weurt, waar regelmatig lange
wachttijden ontstaan. Het beweegbaar ma ken van de (vaste) brug (of het
bouwen van een hoge vaste brug) over de sluis te Weurt zou het probleem
aanzienlijk verlichten. Het MIT zegt hierover niets.
Voor de verruiming van de Maas en de aanleg van nieuwe sluiskolken
bij Heel, Heumen en Grave zijn nog aanzienlijke extra investeringen
nodig.
- Fries-Groningse kanalen (opgenomen in het MIT met uitzondering
van de zijtakken).
Voor de Fries-Groningse kanalen lijkt
conform de afspraken met het Noorden een reservering gepleegd voor
verruiming van de route Lemmer-Delfzijl en het vervangen van bruggen.
De voorkeur van het bedrijfsleven gaat uit naar beweegbare bruggen,
om de containervaart voldoende ruimte te geven.
Veel van de modal shift-potenties bevinden zich aan de zijtakken van
de hoofdroute zoals in Sneek, Drachten, Leeuwarden en/of Hoogkerk. Het
MIT voorziet nog niet in een bijdrage aan verruiming van deze zijtakken.
- Brabantse kanalen (wel opgenomen in het MIT).
De verruiming van de Zuid-Willemsvaart tussen Den Dungen en Veghel en
de renovatie van het middendeel (Veghel-Weert) is in het MIT voorzien.
De omlegging rond Den Bosch, waartoe is besloten en de verruiming van
het Wilhelminakanaal te Tilburg zijn in de planstudietabel opgenomen.
Het COV benadrukt dat deze verruiming rond de eeuwwisseling moet
beginnen en niet na 2003, zoals de planstudietabel weergeeft. Met het
baggeren van het Wilhelminakanaal kan op kortere termijn veel rendement
worden verkregen.
- Diepgang Ketelmeer (opengenomen in het MIT).
De minister geeft in het MIT aan dat de vaargeul door het Ketelmeer
in 2003 uitgebaggerd zal zijn. Het COV dringt aan op spoed om dat modal
shift-initiatieven in de regio afhankelijk zijn van dit project. Van
belang is dus dat tegelijkertijd ook de benedenstroom van de Geldersche
IJssel (en de toegangen tot de havens van Kampen en Zwolle) worden
uitgebaggerd).
- De Zaan (opgenomen in het MIT).
De Zaan biedt behoorlijk veel potenties voor modal shift. Alle
regionaal betrokken partijen hebben in dit kader
een convenant gesloten. Verruiming
van de vaarweg en nieuwbouw van de
Wilhelminasluis zijn daardoor noodzakelijk. Desondanks komt het
project al jaren niet verder dan de verkenningsfase. Het project
verdient meer aandacht.
- Prinses Beatrixsluis/Lekkanaal (opgenomen in het MIT).
Deze sluizen vormen het belangrijkste knelpunt op de druk bevaren
route tussen Amsterdam en Rotterdam. De
verruiming van het Lekkanaal is in de
realisatietabel opgenomen. De derde
kolk Beatrixsluis staat in de planstudietabel.
- Ombouw keersluis Zwartsluis (niet opgenomen in het MIT)
Dit project staat al tien jaar op onze prioriteitenlijst, maar krijgt
geen aan dacht. De keersluis Zwartsluis stremt bij hoog water op het
Zwarte Water de vaarweg naar Meppel vrijwel geheel. Normaal komen
kortstondige sluitingen enkele tientallen dagen per jaar voor, maar in
november heeft de sluiting al twee weken geduurd. Voor het onderhouden
van een just-in-time-containerlijndienst op MSC-Meppel heeft dit
oponthoud verstrekkende negatieve gevolgen.
Met relatief beperkte middelen is een ombouw van keer- naar
schutsluis realiseerbaar.
- Geldersche IJssel/Twenthekanalen (deels opgenomen in het MIT).
De verruiming van de Twenthekanalen (ex. bruggen) is in het MIT
opgenomen, zij het dat tot 2003 de werkzaamheden geheel stil liggen. De
Geldersche IJssel is in het geheel niet in het MIT opgenomen. Beide
vaarwegen maken deel uit van het ontwikkelen van een toekomstvisie.
Beide vaarwegen hebben reeds een aanzienlijk achterstallig onderhoud.
Het COV dringt aan op het wegwerken van de achterstanden.
Hiervoor kunnen, los van het MIT, onderhoudsgelden worden benut.