12 Nov '04 -Conclusies 'The Power of Inland Navigation'
SCHEVENINGEN 12/11 - Aan het eind van het driedaagse internationale
binnenvaartcongres 'The Power of Inland Navigation' werd een groot
aantal conclusies getrokken. Namens het Nederlands EU-voorzitterschap
zal minister Peijs (V&W) die aanbieden aan de Europese Commissie en
het Europees Parlement. Hieronder de conclusies met toelichting in het
Nederlands. Een Engelstalige versie is elders beschikbaar.
Tekst: Ministerie Verkeer & Waterstaat.
Gelet op de resultaten van het congres "The Power of Inland Navigation" gehouden van 10-12 november 2004 te Den Haag, stelt
Nederland, tevens voorzitter van de Raad van de Europese Unie, vast
dat:
de binnenvaart een veilige, efficiënte, betrouwbare en milieuvriendelijke wijze is om goederen binnen Europa te vervoeren;
de uitbreiding van de EU met zich meebrengt dat de goederenstroom binnen Europa zal toenemen;
de binnenvaart een aanzienlijk deel van de groei van het
goederenvervoer op kan vangen, zeker als zij efficiënter benut wordt en
de reservecapaciteit van het vaarwegennetwerk aangesproken wordt;
de betrouwbaarheid van de binnenvaart onder druk staat door
achterstallig onderhoud en ontoereikende capaciteit van de
infrastructuur (bijvoorbeeld diepgang, sluizen, bruggen).
Om de rol van de binnenvaart in de economische groei en het
maatschappelijk welzijn in Europa ten volle te benutten en de
binnenvaart een meer prominente plaats in het Europese verkeers- en
vervoersbeleid te geven, roept Nederland
de Europese Commissie op:
Een actieplan voor de binnenvaart in de EU op te stellen. Dit
actieplan moet een tijdsplanning voor de realisatie van het
TEN-vaarwegennetwerk alsmede een uitvoeringsprogramma van de resultaten
en aanbevelingen van de studies Prospects of Inland Navigation within
the Enlarged Europe (PINE) en Strategies to Promote Inland Navigation
(SPIN) bevatten;
Initiatieven uit de markt te stimuleren zowel op het gebied van
innovatie, informatie- en communicatietechnologie als op het gebied van
intermodaal vervoer via de binnenvaart met gebruikmaking van
subsidieprogramma's zoals het 6e en 7e Kaderprogramma en Marco Polo;
Bij de ontwikkeling van de richtlijn inzake beveiliging
(security) intermodale keten de noodzakelijke maatregelen zo vorm te
geven dat een internationaal level playing field gewaarborgd is en
rekening gehouden wordt met de specifieke karakteristieken van de
binnenvaart;
Nadat Raad en Europees Parlement deze hebben vastgesteld,
toezicht te houden op een spoedige uitvoering van de richtlijn inzake
River Information Services (RIS) in de EU-lidstaten;
het Europese Parlement op:
De behandeling van het voorstel voor de richtlijn inzake River
Information Services (RIS) voortvarend ter hand te nemen zodat de
eerste lezing hiervan zo spoedig mogelijk kan worden afgerond;
De tweede lezing van het voorstel voor wijziging richtlijn
82/714/EEG betreffende technische eisen voor binnenvaartschepen
voortvarend ter hand te nemen, nadat over dit voorstel in de Raad een
akkoord is bereikt.
de EU-lidstaten op:
Voldoende financiële middelen beschikbaar te stellen voor beheer
en onderhoud van de vaarwegen, alsmede voor het wegnemen van
knelpunten, om te komen tot een kwalitatief hoogwaardig
vaarwegennetwerk;
Voldoende financiële middelen beschikbaar te stellen voor het
realiseren van het TEN-vaarwegennetwerk zoals vastgelegd in de
beschikking van de Raad en het EP van 29 april 2004 betreffende de
communautaire richtsnoeren voor de ontwikkeling van het trans-Europees
vervoersnet;
Kennis uit te wisselen op het gebied van de ontwikkeling van
intermodale knooppunten (bijvoorbeeld binnenhavens, terminals en
logistieke centra) en bedrijven te stimuleren zich aan het water of bij
een intermodaal knooppunt te vestigen;
Initiatieven uit de markt op het gebied van innovatie en
informatie- en communicatietechnologie te stimuleren en te faciliteren
door juridische en administratieve barrieres te slechten en
randvoorwaarden te scheppen;
Zodra de richtlijn inzake River Information Services is
vastgesteld, zorg te dragen voor de implementatie overeenkomstig het
afgesproken tijdpad;
Naar oplossingen te zoeken en voorwaarden te creëren waarin de
binnenvaart zich in harmonie kan ontwikkelen met overige gebruiksvormen
van het vaarwegennetwerk zoals waterbeheer, ecologie en recreatie;
De behandeling van het voorstel voor wijziging van richtlijn
82/714/EEG betreffende technische eisen voor binnenvaartschepen
voortvarend ter hand te nemen zodat een akkoord tijdens de
Transportraad van december 2004 kan worden bereikt;
Het bedrijfsleven te blijven wijzen op de mogelijkheden van
Europese subsidieprogramma's zoals het 6e en 7e Kaderprogramma en Marco
Polo en hen te stimuleren aanvragen in te dienen;
het bedrijfsleven op:
Verladers, expediteurs en logistieke dienstverleners, alsmede
politici en het openbaar bestuur meer nadrukkelijk en
systematisch te wijzen op de mogelijkheden en de economische waarde van
vervoer via de binnenvaart;
Door middel van innovatie en informatie- en
communicatietechnologie de veiligheid, efficiëntie, betrouwbaarheid en
milieuvriendelijkheid voortdurend te verbeteren en daarmee de
concurrentiepositie van de sector te verstevigen;
De integratie van de binnenvaart in de multimodale keten te
bevorderen door meer samen te werken met de andere partijen in die
keten;
Bedrijven zo veel mogelijk aan het water en/of in de nabijheid van een intermodaal knooppunt te vestigen;
Zorg te dragen voor goed onderbouwde en kwalitatief hoogwaardige
subsidieaanvragen ten behoeve van de verschillende Europese
subsidieprogramma's als het 6e en 7e Kaderprogramma en Marco Polo.
Zorg te dragen voor voldoende afhandelingscapaciteit in de havens zodat wachttijden zoveel mogelijk vermeden worden.
TOELICHTING OP DE CONSTATERINGEN.
De binnenvaart is een veilige, efficiënte, betrouwbare en
milieuvriendelijk wijze van transport om goederen binnen Europa te
vervoeren.
De binnenvaart is een bijzonder veilige modaliteit. Het aantal
ongelukken, gewonden en dodelijke slachtoffers (per ton-km) is in
vergelijking met het spoor en wegvervoer, laag respectievelijk
bijzonder laag.
Binnenvaartschepen zijn efficiënt omdat ze in één keer grote
hoeveelheid goederen mee kunnen nemen. Zo neemt een volgeladen
vierbaksduwstel even veel erts mee als vier ertstreinen en kan de
nieuwe generatie grote containerschepen 470 standaardcontainers (TEU)
in één keer meenemen.
De binnenvaart is ook relatief schoon en energie zuinig. Per ton-km
verbruikt de binnenvaart minder brandstof dan de andere modaliteiten.
Berekend over dezelfde afstand is een gemiddeld binnenvaartschip in
staat 127 ton vracht per liter brandstof te vervoeren, het spoorvervoer
97 ton en het wegvervoer 50 ton.
Het vervoer water is betrouwbaar. Met uitzondering van sluizen en
beweegbare bruggen, ondervindt de binnenvaart geen hinder van
opstoppingen. Op het grootste gedeelte van het vaarwegennet mag en kan
gedurende 24 uur per dag en zeven dagen per week gevaren worden. De
binnenvaart kan just-in-time-dienstverlening aanbieden door deze
permanente beschikbaarheid van de vaarweg en de betrouwbaarheid van het
vervoer. Dit alles maakt de binnenvaart tot een duurzame en efficiënte
modaliteit die een aanzienlijke bijdrage kan leveren aan het duurzaam
verwerken van de groei van het goederenvervoer.
De uitbreiding van de EU brengt met zich mee dat de goederenstroom binnen Europa zal toenemen.
Door de groei van de economie en veranderingen in de productieprocessen
is het goederenvervoer de afgelopen decennia sterk gegroeid. Met de
uitbreiding van de Europese Unie zal de ingezette groei van het
goederenvervoer verder toenemen. De groeicijfers variëren van 50 tot
75% meer vervoer tot 2020 en in de internationale relaties nog hoger.
Om de groei van de economie te faciliteren en het maatschappelijk
welzijn te waarborgen, moet de groei van het goederenvervoer op
maatschappelijk verantwoorde wijze in een efficiënt vervoerssysteem
worden opgevangen. Dit betekent dat er een kwalitatief hoogwaardig
logistiek netwerk moet zijn van spoor-, weg- en vaarweginfrastructuur,
die onderling verbonden worden door intermodale knooppunten, terminals
en havens knooppunten. Gestreefd moet worden naar een evenwichtige
verdeling over de modaliteiten binnenvaart, weg, spoor en kustvaart.
De binnenvaart kan een aanzienlijk deel van de groei van het
goederenvervoer opvangen als zij efficiënter benut wordt en de
reservecapaciteit van het vaarwegennetwerk aangesproken wordt.
Met name in de Europese landen met rivieren en andere waterwegen, is er
als regel nog voldoende capaciteit en potentie om aanzienlijk te
groeien en een belangrijk deel van de groei van het goederenvervoer in
de EU op zich te nemen. Dit geldt reeds in de huidige situatie, maar
geldt zeker als een aantal knelpunten in het vaarwegsysteem worden
opgelost. Ook kan de binnenvaart zelf efficiënter worden benut
door de logistieke processen te verbeteren. Een belangrijke rol in het
efficiënter benutten van de binnenvaart is weggelegd voor systemen op
het gebied van communicatie, informatietechnologie en
verkeersmanagement. Deze dragen bij aan grotere efficiëntie en een
veiliger afwikkeling van het verkeer en het vervoer op de binnenwateren.
De betrouwbaarheid van de binnenvaart staat onder druk door
achterstallig onderhoud en ontoereikende capaciteit van de
infrastructuur.
Het bestaande vaarwegennetwerk kan thans veelal niet optimaal benut
worden door achterstallig onderhoud (stremmingen en beperkingen),
diepgangsproblemen (m.n. van belang voor bulkvervoer), ontoereikende
hoogte van bruggen (m.n. bij containervervoer) en beperkte
bedieningstijden van sluizen en beweegbare bruggen.
THEMAGEWIJZE TOELICHTING OP DE OPROEPEN AAN
- DE EUROPESE COMMISSIE
- HET EUROPESE PARLEMENT
- DE EU-LIDSTATEN
- HET BEDRIJFSLEVEN
A. ACTIEPLANNEN VOOR DE BINNENVAART ZIJN NODIG.
Het is van belang dat beleidsvoornemens en richtlijnen ook
daadwerkelijk uitgevoerd worden. Hiervoor zijn concrete maatregelen en
actieplannen nodig.
Zo wordt de Commissie gevraagd een actieplan voor de binnenvaart op te
stellen waarin ondermeer zijn opgenomen een tijdsplanning voor de
realisatie van het TEN-vaarwegennetwerk, alsmede een
uitvoeringsprogramma van de resultaten en aanbevelingen van de recent
afgeronde studie Prospects of Inland Navigation within the Enlarged
Europe (PINE) en de studie Strategies to Promote Inland Navigation
(SPIN) die in de loop van 2005 afgerond wordt. Beide onderzoeken zijn
een initiatief van de EU-commissie.
Het opstellen van actieplannen geldt voor alle betrokken partijen,
waarbij van groot belang is dat de palnnen goed op elkaar afgestemd
worden en duidelijk is wie welke verantwoordelijkheid daarin heeft.
B. SPOEDIGE IMPLEMENTATIE VAN DE KADERRICHTLIJN RIVER INFORMATION SERVICES (RIS)
Tijdens de Transportraad van 7 oktober jl. is een akkoord bereikt over
de RIS-Kaderrichtlijn, wat een belangrijke, noodzakelijke stap
voorwaarts betekent voor de Europese binnenvaart. Het doel van de
richtlijn is het instellen van een Europees kader voor de toepassing
van het RIS-concept om de compatibiliteit en interoperabiliteit tussen
de bestaande en nieuwe RIS-systemen op Europees niveau te garanderen en
om een doeltreffende interactie tussen de verschillende
vaarweginformatiediensten tot stand te brengen. De komende jaren zal,
nadat er een akkoord tussen Raad en Europees Parlement over deze
richtlijn tot stand is gekomen, hard moeten worden gewerkt aan de
implementatie van deze richtlijn.
Het RIS biedt zowel voordelen aan de overheden als aan het
bedrijfsleven. Het levert een bijdrage aan een veilige en vlotte
afwikkeling van het scheepvaartverkeer en een betere benutting van
bestaande infrastructuur. Voor de vervoerders en verladers leidt RIS
tot een vergroting van de logistiek efficiëntie en verbetering van het
vervoersmanagement in de totale keten. RIS leidt ertoe dat de
binnenvaart een aantrekkelijker vervoerswijze wordt voor verladers en
industrie. Een spoedige implementatie is daarom wenselijk. Alle
betrokken partijen i.c. de Europese Commissie, de Europese Parlement,
en de afzonderlijke lidstaten hebben hierin een belangrijke rol. Alleen
als alle partijen hun eigen verantwoordelijkheid nemen en door
gezamenlijk handelen kan RIS tot het succes worden wat het in zich
heeft.
C. IMPLEMENTATIE RICHTLIJN HARMONISATIE TECHNISCHE EISEN VOOR BINNENVAARTSCHEPEN.
De harmonisatie van de technische en veiligheidseisen aan schepen voor
zowel het vervoer van personen als goederen, is dringende gewenst om de
verschillen tussen de bestaande internationale en communutaire
regelingen op te heffen en daarmee de onduidelijkheid voor zowel de
schaapvaartsector, de schipper als de handhavende instanties weg te
nemen. Het is daarom van belang dat het Europese Parlement de tweede
lezing van het voorstel voor wijziging richtlijn 82/714/EEG betreffende
technische eisen voor binnenvaartschepen voortvarend ter hand neemt en
de lidstaten de voorstellen ondersteunen, zodat een politiek akkoord
tijdens de Transportraad van 9 en 10 december 2004 gesloten kan worden;
D. ONDERHOUD VAN DE VAARWEGEN EN WEGNEMEN KNELPUNTEN IS PRIORITAIR.
Achterstallig onderhoud leidt ertoe dat de vaarwegen niet optimaal
benut kunnen worden. Er ontstaan diepgangsproblemen, waardoor schepen
niet volledig beladen kunnen worden, wat leidt tot inefficiënties en
kostenverhogingen. Er ontstaat kans op uitval van sluizen en bruggen
door gebrek aan onderhoud wat leidt tot stremmingen of ernstige
beperkingen in de vaarwegen. Daarnaast is er sprake van
capaciteitsknelpunten bij sluizen, ontoereikende vrije doorvaarhoogte
bij bruggen en beperkte bedieningstijden van sluizen en bruggen.
Hierdoor kan het vaarwegennetwerk niet optimaal benut worden. De
zwakste schakel in de verbinding bepaalt immers de capaciteit voor de
gehele route. Lokale knelpunten kunnen daarmee ook het vervoer over
lange afstanden negatief beïnvloeden en daarmee het
concurrentievermogen van de binnenvaart ten opzichte van andere
modaliteiten.
Beheer en onderhoud van vaarwegen en gerelateerde infrastructuur moet
dus verbeterd worden en aangepast worden aan de eisen van de moderne
binnenvaart. Hiervoor zijn zowel investeringen noodzakelijk in het
reguliere beheer en onderhoud als voor het verbeteren van de vaarwegen.
Het is daarom van belang dat de afzonderlijke lidstaten voldoende
financiële middelen beschikbaar stellen voor beheer en onderhoud van de
vaarwegen alsmede voor het wegnemen van knelpunten, zodat gekomen
kan worden tot een samenhangend kwalitatief hoogwaardig
vaarwegennetwerk in Europa. Het bedrijfsleven heeft daarbij een eigen
verantwoordelijkheid om zorg te dragen voor voldoende
afhandelingscapaciteit in de havens, zodat wachttijden zoveel mogelijk
vermeden worden.
E. DE TEN'S VULLEN DE ONTBREKENDE SCHAKELS IN HET EUROPESE VAARWEGENNET IN.
Het spoedig realiseren van de ontbrekende schakels in en het verbeteren
van het TEN-vaarwegennetwerk is van groot belang om te komen tot een
kwalitatief hoogwaardig TEN-vaarwegennetwerk, zodat alle belangrijke
Europese economische en industriegebieden onderling goed ontsloten
worden en goede aansluitingen hebben met de zeehavens. Het gaat hierbij
ondermeer om de projecten Seine Nord en de verbetering van de
Donau-corridor.
Het is van belang dat hier haast mee gemaakt wordt. Als immers met name
nieuwe markten bediend worden via andere modaliteiten, vanwege de
gebrekkige infrastructuurvoorzieningen in de binnenvaart, is het
bijzonder moeilijk deze markten 'terug' te veroveren.
Het realiseren van de TEN's is een gezamenlijke verantwoordelijkheid
van de Europese Commissie en de nationale overheden. De Europese
Commissie financieert 10% tot maximaal 50% van de kosten. De betrokken
nationale overheden dienen zorg te dragen voor de overige financiele
middelen.
F. DE VERSCHILLENDE FUNCTIES VAN HET VAARWEGENNET HARMONIEUS SAMEN LATEN GAAN.
Bij de ontwikkeling van het vaarwegennetwerk moeten de verschillende
gebruiksvormen (o.a. binnenvaart, recreatievaart, ecologie,
hoogwaterbeheer) met elkaar in balans zijn. Hiervoor moeten de overheid
en verschillende belangenorganisaties beter gaan samenwerken, om
oplossingen te zoeken die recht doen aan de verschillende belangen en
deze in evenwicht brengen.
Het is met name de gezamenlijke verantwoordelijkheid van nationale
overheden en belangenorganisaties om ervoor zorg te dragen dat de
verschillende gebruiksvormen van het vaarwegennetwerk met elkaar in
balans zijn;
G. INNOVATIE, INFORMATIE EN COMMUNICATIETECHNOLOGIE GEEN HOBBY MAAR NOODZAAK.
Innovaties in de binnenvaart zijn van cruciaal belang om de sector
verder te ontwikkelen en de marktpositie te verbeteren. Informatie- en
communicatietechnologie speelt een belangrijke rol bij het verbeteren
van de bedrijfsvoering van vervoerders en verladers. Zo kan lading
efficiënter worden samengesteld, kan de tijdsplanning worden verbeterd
en kan ook de overslag worden verbeterd. Problemen zoals wachttijden
bij de overslag kunnen worden verminderd. Dit vergroot de efficiëntie
en betrouwbaarheid van de binnenvaart, waardoor de concurrentiepositie
verbetert.
Innovatie en verbeteringen op het gebied van informatie en communicatie
komen niet vanzelf tot stand. Onderzoeken zijn noodzakelijk voorafgaand
aan de beslissing tot implementatie van nieuwe technologieën en
systemen. Gelet op het internationale karakter van het goederenvervoer
en de binnenvaart dient dit bij voorkeur in Europees verband plaats te
vinden. Binnen het toekomstige 7e Kaderprogramma dient er dan ook
voldoende ruimte te bestaan om innovatieve projecten op het gebied van
binnenvaart mogelijk te maken. Ook voor innovatieve projecten op het
gebied van intermodaal vervoer via de binnenvaart dient in het Marco Polo
programma voldoende ruimte te bestaan.
Commissie, Europees Parlement en Lidstaten hebben de gezamenlijke
verantwoordelijkheid om in het nog vast te stellen 7e Kaderprogramma en
in het nog vast te stellen Marco Polo II programma deze ruimte voor
innovatieve binnenvaartprojecten te bieden. Lidstaten dienen
administratieve en juridische barrières die innovaties in de
binnenvaart bemoeilijken te slechten en hebben samen met het
bedrijfsleven een taak zorg te dragen voor goed onderbouwde en
kwalitatief hoogwaardige subsidieaanvragen, passend binnen de
voorwaarden van de verschillende Europese subsidieprogramma's (e.g. 7e
Kaderprogramma en Marco Polo).
H. SECURITYMAATREGELEN: NIET PLEZIERIG WEL NOODZAKELIJK.
Het vaarwegennetwerk en gerelateerde infrastructuur moet zo worden
ingericht en ontworpen dat de kans op moedwillige verstoring en
misbruik ervan beperkt is. Dit zowel om schade door aanslagen te
voorkomen, als om een betrouwbare vervoerspartner te zijn en te blijven
voor alle partijen. Bij het realiseren van die ambitie moet gestreefd
worden naar een internationaal level playing field zodat geen
concurrentienadeel ontstaat voor de binnenvaart door hogere kosten
en/of ernstige vertraging in de afhandeling. Bovendien moet bij de
ontwikkeling van EU-regelgeving rekening gehouden worden met specifieke
kenmerken van de binnenvaart. Het gaat dan er ondermeer om dat deze
sector voor een deel bestaat uit kleine ondernemingen en veel varende
huishoudens kent.
Bij de ontwikkeling en uiteindelijke vaststelling van de nieuwe
Europese richtlijn inzake beveiliging (security) van de intermodale
vervoersketen hebben Commissie, Europees Parlement en Lidstaten de
gezamenlijke verantwoordelijkheid de noodzakelijke securitymaatregelen
zo vorm te geven dat een internationaal level playing field gewaarborgd
is en rekening gehouden wordt met de specifieke eisen van de
binnenvaart.
I. RUIMTELIJKE ORDENING EN HERONTWIKKELEN BINNENHAVENS UIT HET VERGEETBOEK.
Binnenhavens en terminals spelen een belangrijke rol in de
transportketen als intermodale knooppunten en als locatie voor
logistieke en industriële activiteiten. Binnenhavens bieden efficiënte
en betrouwbare diensten en de noodzakelijk logistieke steun die het
bedrijfsleven nodig heeft om goederen naar hun eindbestemming te
brengen. Hun positie in het hart van de handelsroutes door Europa
betekent dat zij perfect gesitueerd zijn om intermodale verbindingen te
bieden en zo als schakel te fungeren met het vervoer over de weg, per
spoor, via de binnenvaart en over zee. Het verbeteren van verbindingen
van binnenhavens naar het verder gelegen achterland per spoor en weg is
hierin een belangrijk aandachtspunt, om de intermodale keten te sluiten.
In veel havens in de toetredingslanden bestaat een significante
investeringsbehoefte aan op- en overslagfaciliteiten. Als de
binnenhavens goed ontwikkeld zijn en hoogwaardige verbindingen met het
achterland hebben, kunnen ze een stimulans vormen voor de ontwikkeling
van de binnenvaart. Overheden moeten bedrijven stimuleren zich waar
mogelijk aan het water te vestigen. Dit vergroot de kansen van de
binnenvaart doordat goederenstromen gebundeld kunnen worden en een
extra overslag (van weg naar water of van spoor of water) niet nodig
is. Hierdoor verminderen de totale transportkosten aanzienlijk.
Lidstaten wordt gevraagd actief kennis uit te wisselen op het gebied
van de (her)ontwikkeling van binnenhavens en terminals als intermodale
knooppunten en logistieke centra. Lidstaten, verantwoordelijk voor het
beleid op het gebied van ruimtelijke ordening, worden opgeroepen hun
beleid zo in te richten dat bedrijven gestimuleerd worden zich aan het
water en/of in de nabijheid van een binnenhaven te vestigen. Daarnaast
is het van groot belang dat bedrijven bij beslissingen over
bedrijfsvestiging zo veel mogelijk kiezen voor vestiging aan het water
en/of in de nabijheid van een binnenhaven;
J. SAMENWERKEN EN LOBBIËN GEEN LUXE MAAR NOODZAAK.
Een prominente plaats van de binnenvaart in het Europees verkeers- en
vervoersbeleid is alleen mogelijk indien de binnenvaartsector
(bedrijfsleven) zijn krachten bundelt en de kracht en mogelijkheden van
de binnenvaart beter en systematischer onder de aandacht te brengt van
politici en openbaar bestuur, zowel op nationaal als Europees niveau.
Daarnaast heeft de binnenvaartsector een eigenverantwoordleijkheid om
de integratie van de binnenvaart in de multimodale keten te bevorderen
door samen te werken met de andere partijen in die keten.