12 Dec '07 -Rijnvaart neemt drie procent in volume toe
Drogeladingvaart groeit, minder tankvaart
STRAATSBURG - De vraag naar vervoer in het Rijnstroomgebied ontwikkelt zich gunstig.
De Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) gaat in zijn vorige week
gepubliceerde marktobservatie uit van drie procent volumegroei in het
goederenvervoer op de traditionele Rijn.
Vooral de drogeladingvaart
heeft in het eerste halfjaar 2007 volop kunnen profiteren van de
gunstige economische situatie in West-Europa. In de tankvaart nam het
vervoerde volume af. De gunstige tendens in de drogeladingvaart zette
zich volgens de CCR in de zomer voort. Pas tegen het najaar begonnen de
waterstanden te schommelen, wat enige invloed op het vervoer had.
Bij het vervoer van landbouwproducten, dat circa elf procent van het vervoerde volume op de Rijn vertegenwoordigt, werden door de CCR contrasten geconstateerd. Die hangen samen met prijsschommelingen op de markt. In 2008 verwacht de CCR een toename van het vervoer van tarwe.
Gunstige conjunctuur
Het traditionele vervoer van bouwmaterialen en staalproducten (circa veertig procent) heeft zich gunstig ontwikkeld met een toename van bijna zeven procent ten opzichte van het voorafgaande jaar. De stijging is terug te voeren op de gunstige economische conjunctuur, die zich volgens de CCR in de komende maanden moet voortzetten.
Het vervoer voor de energiesector (circa dertig procent) is in de loop van het eerste halfjaar 2007 met vijf procent gedaald. Daarbij is het vervoer van kolen verminderd, in het bijzonder vanwege de bijzonder zachte winter en de aanwezige voorraden. Toch zijn de vooruitzichten voor het vervoer van kolen op de middellange termijn goed, meent de CCR. In Duitsland gaan de krachtcentrales steeds meer op kolen over, zeker bij de stijgende aardolieprijzen. Het vervoer van aardolieproducten is globaal met zes procent verminderd.
Het vervoer van chemische producten (circa negen procent is met bijna negen procent gestegen. Aan de positieve ontwikkeling van deze sector komt volgens de CCR de komende maanden nog geen eind.
Minder containers
Het vervoer van producten per container (meer dan negen procent van het vervoerde volume op de Rijn) heeft te maken met knelpunten bij de overslag in Rotterdam. Die hebben een 'nogal ongunstige ontwikkeling van de conjunctuur' veroorzaakt. Er is nog steeds geen afdoende oplossing voor gevonden. Het vervoerd volume op de Rijn in TEU is in deze periode enigszins teruggelopen, alhoewel het aandeel geladen containers is gestegen. Tegelijkertijd ziet de CCR de containeroverslag in de ARA-havens met dubbele cijfers toenemen, met als gevolg dat de binnenvaart marktaandeel verliest.
Problemen zijn er niet alleen in de zeehavens, volgens de CCR begint een aantal inlandterminals ook tekenen van overbelasting te tonen. Bij de sterke groei van het vervoer per container, die van structurele aard is, lijken alleen oplossingen op middellange en op lange termijn mogelijk. 'Dat houdt in dat ingrijpende suprastructurele maatregelen getroffen moeten worden om de capaciteit van de overslagplaatsen te vergroten en hun functionaliteit in een multimodale context te rationaliseren.'
Brandstofzorgen
De CCR begint zich zorgen te maken over de post 'brandstof' in de exploitatie van schepen. Die was al aanzinelijk geworden en zal wellicht blijven toenemen. Na een tijdelijke daling in het laatste kwartaal 2006 zijn de brandstofprijzen begin januari 2007 opnieuw gaan stijgen. Sinds augustus 2007 zette deze prijsstijging zich voort en bereikte in de afgelopen weken recordniveaus. Zo werd in de loop van de eerste tien maanden van het jaar een stijging van circa 25% geregistreerd.
'Deze ontwikkeling van de brandstofprijzen vormt een factor van onzekerheid op het niveau van de exploitatie vooral omdat tot nu toe niets duidt op een eventuele wijziging van deze tendens en omdat, de context van de aardoliemarkt op wereldniveau in aanmerking nemend, het om een tendens van structurele aard gaat.' (DvdM)
CCR regelt typegoedkeuring AIS
De Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) heeft vorige week tijdens de plenaire najaarsvergadering in Straatsburg besloten tot typegoedkeuring voor AIS-apparatuur. Het automatisch herkennen en lokaliseren van schepen in de binnenvaart wordt vooralsnog niet verplicht gesteld. De CCR verwacht dat AIS-apparatuur, die in de zeevaart wel verplicht is ingevoerd, op binnenschepen binnen enkele jaren net zo vanzelfsprekend is als de marifoon. Het goede verloop en de veiligheid van de binnenvaart zal er volgens de CCR aanzienlijk door verbeteren.
Inland AIS, het op de binnenvaart afgestemde automatische identificatiesysteem, is het meest verbreide automatische systeem voor het volgen en herkennen van schepen. Met de nieuwe voorschriften voor de goedkeuring en de inbouw wil de CCR betrouwbare randvoorwaarden voor het invoeren van Inland AIS-apparatuur op de Rijn creëren en het gebruik van AIS op andere vaarwegen bevorderen. In het voorjaar werd al een zogenaamde teststandaard aangenomen.
Waarborg
Een procedure voor typegoedkeuring moet de veiligheid bij het gebruik van deze voor de binnenvaart nieuwe technologie waarborgen en de scheepseigenaren als gebruikers te beschermen tegen niet-conforme apparatuur. De vereisten voor Inland AIS volgen zoveel mogelijk de actuele vereisten voor AIS-apparatuur op zeeschepen. Apparatuur voor zeeschepen kan dan ook probleemloos aan de specifieke eisen van de binnenvaart worden aangepast. De typegoedkeuringsprocedures voor Inland AIS-apparatuur kost leveranciers weinig extra moeite.
De nieuwe CCR-voorschriften houden in dat
vanaf 1 april 2008 uitsluitend nog de inbouw van AIS-apparatuur op schepen van de Rijnvaart is toelaten, waarvoor met een typegoekeuringsprocedure is bewezen dat zij aan de teststandaard voldoen,
nog tot 31 december 2011 het gebruik van IMO Class A Transponders is toegestaan die aantoonbaar tot en met 31 maart 2008 op binnenschepen werden ingebouwd of die op zeeschepen zijn ingebouwd.
De CCR stelt voor de nu aangenomen voorschriften ook in de Richtlijn 2006/87/EG over de technische voorschriften voor binnenschepen op te nemen, om de toepassing van uniforme voorschriften voor de typegoedkeuring en de inbouw van Inland AIS-apparatuur op alle binnenvaarwegen van de Europese Unie te waarborgen.
Geen verplichting
Met het aannemen van de teststandaard afgelopen voorjaar en met de nu aangenomen wijzigingen van het Rijnvaartpolitiereglement en van het Reglement Onderzoek schepen op de Rijn zijn de voorwaarden voor een veilig gebruik van Inland AIS gecreëerd. De CCR benadrukt dat de wijzigingen van de Rijnvaartreglementen geen verplichting inhouden voor het uitrusten van de schepen met AIS.
De in het voorjaar aangenomen teststandaard, voluit genoemd "Inland AIS-apparatuur op binnenschepen overeenkomstig de standaard volgen en opsporen van schepen in de binnenvaart - bedrijfs- en vermogensvereisten, testmethoden en vereiste testresultaten (Teststandaard voor Inland AIS)", is al op de website van de CCR gepubliceerd. De nu aangenomen wijzigingen van de Rijnvaartreglementen zullen de komende weken worden gepubliceerd.
Milieu en klimaat centraal tijdens Duits voorzitterschap van de CCR
Het nieuwe Duitse voorzitterschap van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) zal de komende twee jaar sterke nadruk leggen op milieubescherming en klimaatsverandering. Zwitserland draagt het voorzitterschap per 1 januari over.
De Zwitserse ambassadeur en delegatieleider Seger werd vorige week tijdens de najaarsvergadering in Straatsburg bedankt voor zijn inzet. Die werd gemarkeerd door het aannemen van de ministeriële Verklaring van Bazel van 16 mei 2006, het begin van de reorganisatie van de CCR-Rijnvaartvoorschriften en verschillende succesvolle bijeenkomsten op het gebied van zwavelarme brandstof en dubbelwandige schepen in de binnenvaart.
Het Duitse voorzitterschap wil de historisch gegroeide, toonaangevende rol van de CCR in de Europese binnenvaart versterken en gericht verder uitbreiden, en ertoe bijdragen dat de CCR doorslaggevende impulsen voor het Europese binnenvaartbeleid geeft en dit op actieve wijze mede vorm geeft.
De inhoudelijke nadruk op milieubescherming en klimaatsverandering zal vooral tot uiting komen bij het invoeren van strengere grenswaarden voor de uitstoot van scheepsmotoren en voor het vroegtijdig in aanmerking nemen van de effecten van de klimaatveranderingen op de binnenvaart. Een internationaal congres over de 'klimaatveranderingen en de Rijnvaart' is in het eerste halfjaar 2009 gepland. Ook de internationale samenwerking, in het bijzonder met de Europese Commissie, de Donaucommissie en de Internationale Commissie voor de Bescherming van de Rijn zal verder moeten worden versterkt.
CCR klaar voor scheepscertificaten van buiten de Rijn
De Centrale Commissie heeft op grond van het Aanvullend Protocol nr.7 bij de Herziene Rijnvaartakte het proces van erkenning van andere scheepscertificaten dan het certificaat van onderzoek in gang gezet. Dat vereenvoudigt de verplichtingen van scheepsexploitanten en draagt bij aan de verwezenlijking van de uniforme Europese binnenvaartmarkt.
Bij de najaarszitting van 2007 heeft de Centrale Commissie door een wijziging van het Reglement Onderzoek schepen op de Rijn de mogelijkheid gecreëerd hierin de toekomstige erkenningen te regelen. Bovendien heeft de CCR het Rijnvaartpolitiereglement gewijzigd, zodat ook in dit voor de Rijnvaart fundamentele Reglement de mogelijkheid wordt voorzien dat naast de "Rijncertificaten" in de toekomst ook andere vaarbewijzen en scheepscertificaten - na erkenning - voor de vaart op de Rijn gelden.
In een volgende fase wordt besloten tot toepassingsvoorschriften voor de staten die een verzoek tot erkenning van hun nationale scheepscertificaten voor de vaart op de Rijn indienen. Daarin worden examencriteria vermeld. In het najaar 2008 zou tot de eerste erkenningen moeten worden besloten. Daarbij gaat het om de communautaire scheepscertificaten, afgegeven door staten die dan Richtlijn 2006/87/EG over de technische voorschriften voor binnenschepen hebben geïmplementeerd.
CCR verplicht elektronisch melden containerschepen per 1 april 2008
STRAATSBURG
De elektronische meldplicht voor containerschepen gaat definitief in per 1 april 2008. Dat heeft de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) besloten in de najaarszitting, vorige week in Straatsburg. Na de containerschepen zal de verplichting geleidelijk tot andere schepen worden uitgebreid.
Organisatorisch en technisch zijn volgens de CCR de voorwaarden voor het elektronisch melden in de Rijnvaart nagenoeg vervuld. Allereerst zullen vanaf 1 april 2008 schepen die meer dan twintig containers of containers met gevaarlijke stoffen vervoeren hun verplichte meldingen bij de verkeerscentrales elektronisch moeten overbrengen. Vervolgens, nadat voldoende ervaring is opgedaan, wordt het elektronisch melden geleidelijk ook tot andere scheepscategorieën die aan de meldplicht zijn onderworpen, uitgebreid.
Consultatie
Voordat de CCR tot een besluit overging, zijn vertegenwoordigers van bonden en deskundigen van alle sectoren in de informatieketen bij het vervoer van containers in de binnenvaart geconsulteerd. De daaruit resulterende lijst van 'huiswerk'-opgaven is een technische en organisatorische uitdaging, meent de CCR. De deskundigen en besluitnemende instanties van de Centrale Commissie durven de uitdaging aan. 'Het belang dat alle betrokken partijen bij de elektronische gegevensuitwisseling hebben is enorm en de informatieve bijeenkomst heeft getoond dat iedereen bereid is daaraan mee te werken.'
Al jaren moeten schepen, met een groot risico vanwege hun afmetingen of lading, zich bij de verkeerscentrales of -posten melden met informatie over het schip en de lading. Bij de grote aantallen schepen op de Rijn en het toenemende vervoer van containers zijn die gegevens met conventionele middelen niet meer te verwerken. Elektronisch melden maakt de meldingsprocedure efficiënter en betrouwbaarder. De basis voor het elektronisch melden is de, al in 2003 door de CCR aangenomen 'Standaard voor elektronische meldingen in de binnenvaart'. De CCR gaat er vanuit dat het elektronisch melden, na een succesvolle invoering in de Rijnvaart, ook op andere Europese vaarwegen zal worden voorgeschreven.
