20 Nov '07 -Rijkswaterstaat rekent aannemers af op stremmingsduur
UTRECHT 20/11 – Aannemers
worden door Rijkswaterstaat ook beoordeeld op de mate waarin zij stremmingen en
oponthoud voor de scheepvaart weten te voorkomen. Dat zei drs Luc Kohsiek van
de RWS-hoofddirectie zaterdag tijdens de jaarlijkse Spiegeldag in De Fabrique
in Utrecht. ‘We kijken niet alleen naar de laagste prijs, ook naar
kwaliteitseisen. Hoe korter het oponthoud, hoe groter de kans dat een aannemer
het werk krijgt.
Schippers kennen de vroegere mengvoederfabriek aan het
Amsterdam-Rijnkanaal, aan de rand van Utrecht, vooral als losplaats. De fabriek
is omgedoopt in een volwaardige evenementenlocatie, met behoud van het
oorspronkelijke industriële karakter. Ideaal als filmset voor een Duitse Krimi,
maar zaterdag helemaal ingericht voor de Spiegeldag van Rijkswaterstaat.
Zo’n driehonderd bezoekers worden ontvangen in de Perserij.
Op het podium drie ‘gezichten’ van Rijkswaterstaat: plaatsvervangend
directeur-generaal Kohsiek, hoofdingenieur-directeur Folkert Post van de dienst
Zuid-Holland en Cor Venema die verantwoordelijk is voor het nieuwe Scheepvaart
Informatie Centrum.
'Grote aken'
Dagvoorzitter Salem Samhoud voelt ze aan de tand. Liggen we
op koers? Heeft Rijkswaterstaat voldoende lering getrokken uit de Spiegeldag
2006? Wat zijn de nieuwe wensen en problemen waar vaarweggebruikers tegenop
lopen? In de film wordt er een hele serie benoemd en klaagt een
recreatieschipperse over ‘grote aken of hoe die dingen ook heten’. Gelach in de
zaal, die gelijkmatig gevuld lijkt met beroepsvaarders, watersporters en
Waterstaat’ers.
De stewards, een idee van de vorige Spiegeldag, komen royaal
in beeld terwijl ze de jachtjes naar voren dirigeren en een recreant de
helpende hand bieden in de Oranjesluis. ‘Geweldig, als ze je een lijntje
aangeven’, vindt de recreant. ‘Ze moeten het zelf kunnen, het zijn zelf
schippers’, moppert een gefilmde beroepsvaarder.
Al die schepen
Rijkswaterstaat heeft de dienstverlening hoog in het
vaandel, het wijzende vingertje raakt uit de gratie. Folkert Post: ‘Al die
schepen en al dat gedoe, daar doen we het voor.’ Volgens Cor Venema kan de
voorlichting beter, zouden vaarweggebruikers beter voorbereid moeten vertrekken
en tijdens de vaart beter geïnformeerd moeten zijn.
‘Als je een mailtje stuurt, hoor je daarna nooit meer wat’,
klaagt containervaarder Hans Pikaart. Schipper Peter Lock van het zeilend
loodsvaartuig Texelstroom ervaart mankementen in de vaarwegmarkering, en hoe
kon de vuurtoren van Terschelling hem nou missen op de radar? Luc Kohsiek roept
schippers op zulke klachten vooral te blijven doorgeven. ‘Ook al zullen we ze
nooit voor de volle 100% kunnen oplossen.’
Zijn er nog complimenten weg te geven, vraagt Samhoud. Mieke
Kuipers van de Hensie is goed te spreken over het nummer 0800-8002. Ze is al
een aantal keren goed geïnformeerd. En voorzitter Cornelis Stuy van
Watersportvereniging De Biesbosch hoort van zijn leden veel positiefs over de
stewards.
Stewards
Folkert Post zit er een beetje mee, met die stewards. ‘We
hebben het vorig jaar beloofd, maar onze degelijkheid keert zich tegen het
resultaat’, zegt hij. In een peiling was tweederde van de ondervraagden er
tevreden mee, eenderde wat minder. ‘Studenten in twee dagen opleiden lukt niet,
soms hadden we er niet zo goed over nagedacht en op sommige sluizen waren de
stewards niet nodig…’
Aan het eind van de vraagt iemand of de ingezette stewards
al hun vingers nog hebben. ‘Ik bedoel maar, je kunt ze beter van te voren een
haak geven om een draad mee aan te pakken…’ Van ongelukken is bij
Rijkswaterstaat niets bekend. Maar nog tijdens de Spiegeldag wordt duidelijk
dat de steward een ander profiel verdient. Zo zouden ex-sluiswachters en
watersporters als steward goede diensten kunnen verrichten op een sluis in de
buurt.
Hinderplanning
Het groot onderhoud is ook een niet te vermijden onderwerp.
Rijkswaterstaat doet z’n best het oponthoud zo beperkt mogelijk te houden. Het
woord ‘hinderplanning’ valt, moeilijk te realiseren op landelijke schaal. ‘We
gaan het beter doen’, verzekert Luc Kohsiek, maar hij vraagt om begrip, want er
is nog steeds een grote onderhoudsachterstand. Anne Ruth Smink van de
Arkervaart (‘het schip, niet het bedrijf’) pleit voor een praktischer aanpak
van het smeren van de hefdeurkettingen. ‘Doe dat dan niet overdag als er zeven
schuttingen liggen te wachten, maar liever ’s nachts.’
Sander Wels van RWS Oost-Nederland veert op: ‘Eefde smeert
niet als er schepen voor de sluis liggen’, zegt hij stellig. Toch herinnert
Anne Ruth Smink zich het smeren van de sluis bij Enschede dat tien minuten zou
duren, maar uiteindelijk veertig minuten oponthoud opleverde. Schipper Patrick
van de Patrick heeft z’n eigen ervaring met kettingen en een omleidingsroute
bij defecte sluizen in de Zuid-Willemsvaart. ‘Dan zie je die kettingen hangen,
die moeten alleen even worden vastgezet…’
Even grommen
De Amsterdamse Schuttevaer-secretaris Andries de Weerd kent
nog een ander voorbeeld. Op het Zijkanaal-C was een brug tien dagen gestremd,
in feite waren het twee weekenden waarin de aannemer aan de brug kon werken.
Aannemers en uitvoerders bepalen nog te vaak de stremmingsduur, vindt De Weerd.
Hij mist daarin het toezicht van Rijkswaterstaat. Als het erop aan komt blijkt
de vaart gewoon door te kunnen gaan als Rijkswaterstaat er een bootje bijlegt.
‘Jammer, dat we dan eerste even moeten grommen’, zegt De Weerd. Het is een
discussiepunt, zegt hoofddirecteur Kohsiek, die een beetje grommen niet erg
vindt.
Een koor van Waterstaat’ers staat op een fabriekstrap klaar
om de vaarweggebruikers de zaal uit te zingen. Op het Spiegelplein in Loods 6
en Loods 7 en in de workshops in de Jutekelder, de Meelzolder, de Postkamer,
het Douchelokaal en Kalvermelk is de hele dag over alle denkbare vaarwegthema’s
informatie te krijgen.
Cor Venema weet inmiddels dat de niet verwachte hinder
volgend jaar topprioriteit zal krijgen, Folkert Post roept dat kritiek van
vaarweggebruikers de enige manier is om vaarwegen te verbeteren en Luc Kohsiek
verwijst naar de beleidsbrief van het Kabinet, met maatregelen die een stevige
groei van de binnenvaart mogelijk moeten maken.
