24 Mei '05 -Minister Kamp bereid om aanschaf patrouilleschepen serieus te onderzoeken
ZOETERMEER 24/5 persbericht VNSI
- Met het oog op de gewijzigde internationale dreiging zijn de eisen
die gesteld worden aan de Nederlandse marineschepen de laatste jaren
ingrijpend veranderd. Er bestaat een grotere behoefte aan kleinere
schepen die snel en flexibel inzetbaar zijn. Deze
patrouilleschepen kunnen tevens ingezet worden voor een groeiende
hoeveelheid aan kustwachttaken als drugsbestrijding, milieu-inspecties
en bescherming van de territoriale wateren.
In dit kader zijn vorig jaar een aantal moties ingediend, waaronder de
motie Kortenhorst. In deze motie werd de Minister gevraagd om een
studie uit te laten voeren naar de aanschaf van dergelijke
patrouilleschepen voor Nederlandse kustwachttaken. Vandaag zijn de
eerste resultaten van de studie gepresenteerd. Uit de studie blijkt dat
de patrouilleschepen goed aansluiten bij de huidige behoeftestelling.
Minister Kamp neemt de suggestie van de Tweede Kamer over om nader
onderzoek uit te voeren naar de precieze invulling van deze behoefte.
De Kamer is hierover op dinsdag 24 mei ingelicht.
De Koninklijke Marine is meer dan een efficiënte defensieorganisatie.
Zij is tevens een drijvende kracht achter veel innovaties in de
maritieme sector. Geautomatiseerde besturingssystemen, innovatieve
voortstuwingsconcepten en tal van elektronische systemen worden na hun
eerste introductie in de marinebouw inmiddels toegepast in onder meer
de baggerindustrie, jachtbouw, binnenvaart en short sea shipping. Een
op haar taken berekende Marine draagt niet alleen bij aan vrede en
veiligheid, maar stimuleert tevens vernieuwingen in de industriële
sector waarvan zij deel uitmaakt.
Van der Knaap: 'Marinebouw moet Europees'
DEN HAAG 28/10/04 - In de Europese integratie ligt volgens
Defensie-staatssecretaris Cees van der Knaap een kans, géén dreiging
voor de
Nederlandse marinescheepsbouw. Op het symposium
'Onzichtbare dreiging' van de Stichting Nederlandse Industriële
Inschakeling Defensieopdrachten deed hij donderdag een dringend beroep
op de industrie de mogelijkheden van Europese samenwerking serieus te
onderzoeken. 'De industrie moet zelf
een stap vooruit zetten. Het slechte voorbeeld van Fokker, dat te lang
zelfstandig vliegtuigen bleef bouwen, staat ons immers nog helder voor
de geest.'
Van der Knaap noemde in reactie op het congresthema zijn stelling 'een
open deur'. Europa is allerminst een dreiging voor de Nederlandse
defensie-industrie, vindt hij. Defensie koos op Prinsjesdag al voor de
nuloptie wat
betreft het wel of niet op korte termijn verwerven van korvetten ten
koste van de bestaande fregatten. Daarbij zijn de wenselijkheid en de
mogelijkheid van de instandhouding van een Nederlandse maritieme
kennisinfrastructuur en Nederlandse productiemogelijkheden
betrokken.
Defensie-studie
Leidend bij die keus op Prinsjesdag was de Defensie-studie 'Grote
Oppervlakteschepen Koninklijke Marine', over de samenstelling van de
oppervlaktevloot van de marine. De bestaande situatie wordt
gehandhaafd: er worden
geen korvetten aangeschaft. Defensie heeft op militair-operationele
gronden geen behoefte aan vroegtijdige vervanging van de huidige tien
fregatten.
'De instandhouding van de marinescheepsbouw in ons
land in de huidige omvang en samenstelling, is geen doel op
zich' stelt Van der Knaap. Het rapport van het Centraal Plan Bureau over de economische
gevolgen van de korvettenaanschaf dat kort geleden werd gepubliceerd,
onderschrijft deze stelling. Het Planbureau concludeert dat als
Nederland een zelfscheppende marinescheepsbouw in eigen land in stand
wil houden, dit waarschijnlijk steeds opnieuw overheidssteun zal
vergen. 'De Nederlandse markt is simpelweg te klein voor rendabele
productie', vat Van der Knaap samen.
Schaalvergroting
'Het is om die reden dat we nadrukkelijk naar de Europese dimensie
moeten kijken. Het enige antwoord op bovenstaande problematiek is
namelijk schaalvergroting. Dat zal misschien niet pijnloos gaan.
Bovendien kunnen we waarschijnlijk nooit meer fier zijn op een
marineschip van eigen ontwerp en makelij. Maar door de Europese
dimensie te zeer als een dreiging te beschouwen, bestaat de kans dat we
de boot helemaal missen.'
'Om te overleven kan de marinescheepsbouw namelijk niet steeds bij de
overheid aankloppen. Zeker niet als er vanwege militair-operationele
overwegingen bij Defensie eigenlijk geen behoefte aan nieuwe schepen
bestaat. Want we moeten één ding heel duidelijk in perspectief blijven
zien: voor Defensie is de verwerving van materieel geen doel maar een
middel.'
Structurele aanpak
De keuze voor Europa is daarentegen een keuze voor een structurele
aanpak van de capaciteitsproblemen van de marinescheepsbouw, meent de staatssecretaris. Volgens
deze zienswijze vormt de Europese integratie dus een kans. 'Misschien wel de enige kans voor de scheepsbouw om op termijn op
zinvolle wijze te overleven', voegt hij er waarschuwend aan toe. 'Ik heb in dit verband ook wel eens aan
Airbus gerefereerd als een uitstekend voorbeeld hoe de noodlijdende
Europese vliegtuigbouwindustrie door internationale samenwerking tot de
wereldmarktleider kon uitgroeien. Het feit dat de hoogste baas van het
Amerikaanse Boeing nu een zaak aanhangig heeft gemaakt bij de
wereldhandelsorganisatie, spreekt boekdelen.'
Seabus
'In mijn visie zou er op het gebied van de scheepsbouw ook zoiets als
Airbus moeten komen, noem het de Seabus', suggereerde Van der Knaap. Daarbij gaat het volgens hem meer om het
idee en de mogelijkheden daarvan, dan om de intentie om de
scheepsbouwindustrie exact hetzelfde pad van de vliegtuigbouw te laten
volgen.
'De Nederlandse maritieme industrie is in het verleden al
geherstructureerd en onderscheidt zich door haar efficiënte
productiemethodes en haar sterke innovatievermogen. Als ik één ding heb
geleerd tijdens mijn bedrijfsbezoeken van de afgelopen jaren, dan is
dat wel dat Nederlandse ondernemingen bij uitstek innovatief bezig
zijn. Mede hierdoor beschikt de Nederlandse maritieme industrie op
deelgebieden al over een sterke internationale marktpositie. Daarvan
moet optimaal gebruik worden gemaakt bij de rationalisering van de
Europese marinebouw.'
Europese aanbesteding Van der Knaap wees zijn toehoorders op het NIID-symposium op het bestaan van een belangrijke sta in de weg: artikel 296
van het EG-verdrag dat de Europese aanbesteding van defensiematerieel
verhinderd. 'Dit artikel vormt daarmee een belangrijke oorzaak van de
versnipperde Europese defensie-industrieën en is dringend aan
herziening toe', stelde Van der Knaap. Hij telt in Europa twaalf marinebouwconcerns met
tweeëntwintig werven die ieder hun eigen product ontwikkelen, terwijl
er in de Verenigde Staten maar twee grote concerns zijn met in totaal
zes werven. 'Het is dus niet moeilijk te voorspellen dat een sanering
van de Europese maritieme industrie hoe dan ook onafwendbaar is. Ook in
andere Europese hoofdsteden wordt dit onderkend.'
Van der Knaap wil de kwestie binnenkort aansnijden bij zijn Duitse en Franse collega´s. Verder is hij in gesprek met
het Platform Nederlands Marinebouw Cluster. De bewindsman deed in Den Haag een beroep op de industrie de mogelijkheden van
Europese samenwerking serieus te onderzoeken. 'De industrie moet zelf
een stap vooruit zetten. Het slechte voorbeeld van Fokker, dat te lang
zelfstandig vliegtuigen bleef bouwen, staat ons immers nog helder voor
de geest.'