24 Sep '04 -PINE-rapport onderstreept belang binnenvaart in vergrote EU
BRUSSEL 24/9 - In de Donau-corridor valt voor de binnenvaart de
grootste winst te behalen en beslissers nemen milieu-argumenten voor de
binnenvaart nog nauwelijks serieus. Dat zijn enkele 'high-lights' uit
het omvangrijke eindrapport van het project 'Prospects of Inland
Navigation within the Enlarged Europe' (PINE; Perspectieven voor
Binnenvaart in de uitgebreide Europese Unie).
Bijna anderhalf jaar
hebben vier ervaren onderzoeksbureaus aan de studie gewerkt en vrijdag
is het resultaat officieel aan
de Europese Commissie aangeboden. VAART! publiceert de belangrijkste
aanbevelingen. Het rapport (500 pagina's) en een verkorte samenvatting
zijn te downloaden. Het door 'Brussel' gefinancierde project onderstreept volgens het 'PINE-consortium' de sterke
betrokkenheid van de Commissie bij de binnenvaart.
Dirk van Vreckem, hoofd van de afdeling wegvervoer en binnenvaart van DG TREN in Brussel, zegt in Weekblad Schuttevaer
dat de binnenvaart wellicht met minder genoegen moet nemen. 'Het zeer
omvangrijke rapport is ambitieus. Het was ook de opdracht aan de
onderzoekers aan alles te denken wat de binnenvaart kan ontwikkelen. We
gaan nu eerst de hele berg papier analyseren. Aan het einde van het
jaar komt er een workshop met alle betrokkenen waarin we de
aanbevelingen bespreken en welke prioriteiten we gaan stellen.'
Nieuwe termijn
Op het moment dat zowel het Europees Parlement als de Europese
Commissie aan een nieuwe termijn beginnen, vormt deze studie een
essentiële bijdrage aan de verdere ontwikkeling van het
binnenvaartbeleid van de Commissie voor de komende tijd. De heer
Karamitsos, directeur op het Directoraat-generaal Transport en Energie,
verwelkomde het rapport. 'Met deze studie', zei hij, 'bevestigt de
Commissie opnieuw haar steun aan de ontwikkeling van binnenvaart als
belangrijk middel om de doelstelling van het opnieuw in balans brengen
van de vervoersmodaliteiten te bereiken. Hiermee kan een duurzaam
vervoersbeleid voor de toekomst vorm krijgen.'
"De belangrijkste voordelen van
binnenvaart, economische efficiency en veiligheid, die te koppelen zijn
met milieu-overwegingen, spreken duidelijk niet vanzelf. De efficiency
hangt sterk samen met de toestand van de infrastructuur, in samenhang
met grote volumes, laadeenheden en afstand, terwijl milieuoverwegingen
überhaupt een beperkte rol spelen in de besluitvorming."
Sectorbeschrijving
Het PINE-project, dat begin 2003 van start ging, geeft een uitvoerige
beschrijving van de huidige situatie van de binnenvaartsector en zijn
perspectieven in een uitgebreide Europese Unie. In opdracht van, en
gefinancierd door de Europese Commissie, is het project uitgevoerd door
een consortium van vier organisaties, namelijk Buck Consultants
International (Nederland), ProgTrans (Zwitserland), VBD (Europees
ontwikkelingscentrum voor kust- en binnenvaart (Duitsland) en via donau
(Oostenrijk).
De studie heeft zich geconcentreerd op de situatie in de vier
belangrijkste binnenvaart-corridors: het stroomgebied van de Rijn en
zijn zijtakken, de Oost-west-corridor (het noorden en oosten van
Duitsland, Polen en Tsjechië), de Donau-corridor (zuidoostelijk
Duitsland, Oostenrijk, Slowakije, Hongarije, Roemenië en Bulgarije) en
de Noord-zuid corridor (delen van België en Nederland, Frankrijk). Ook
andere, geïsoleerde waterwegsystemen zijn geanalyseerd.
"De uitbreiding van de EU zal voor alle
goederen en alle modaliteiten de vervoervraag beduidend doen groeien.
De grootste groei is te verwachten in de Donaucorridor. Het wordt in de
komende decennia de belangrijkste uitdaging van de binnenvaart om dit
op een duurzame manier te faciliteren, tegen de achtergrond van
toenemende beperkingen van weg- en spoorinfrastructuur."
Potentieel in beeld
Naast een uitvoerig en up-to-date overzicht van de binnenvaartwegen en
–sector, brengt de studie ook het binnenvaartpotentieel in beeld en
geeft de mogelijkheden aan voor toekomstige groei van de binnenvaart,
tegen de achtergrond van de uitbreiding van de EU.
De aanbevelingen zijn gericht aan de Europese Commissie, maar ook op
nationale en deels regionale overheden, alsmede de binnenvaartsector.
Kernaanbevelingen voor de Commissie zijn onder andere het zekerstellen
van eerlijke concurrentie door het scheppen van geharmoniseerde
(sociale, fiscale, wettelijke) randvoorwaarden en het zorgen voor
behoorlijke infrastructuur. Wat dit betreft wordt bijvoorbeeld
aanbevolen om een alles omvattend en samenhangend Europees
Investeringsschema (Masterplan) samen te stellen.
Het volledige PINE-rapport beslaat meer dan 500 pagina's.
Een verkorte versie van de bevindingen, samen met de conclusies en
aanbevelingen van het consortium, is uitgebracht aan de Commissie als
‘Final Concise Report’ (Beknopt Eindrapport). Zowel dit rapport als de
samenvattingen (20 bladzijden) in het Engels, Frans, Duits en
Nederlands kunnen worden gedownload via de nieuwe binnenvaartsite van de Europese Commissie.
Zie ook de eerdere discussie in het VAART!Forum, vooruitlopend op het PINE-rapport.
Aanbevelingen Het PINE consortium een uitgebreide reeks aanbevelingen
geformuleerd. Ze staan gedetailleerd weergegeven in het Definitieve
Beknopte Rapport (FCR). Voor deze samenvatting wordt alleen op de
kernpunten ingegaan.
1 De wetgeving: verbeter en harmoniseer het wettelijk kader
Om de eerlijke concurrentie tot stand te brengen, is het essentieel het
wettelijk kader zowel te harmoniseren als te verbeteren. Het gaat hier
onder andere om vaartuig-gerelateerde technische voorschriften,
vereisten rond de bemanning, arbeidsomstandigheden en sociale
zekerheid, patenten en andere vereisten van de gezagvoerder, alsmede
fiscale aspecten. Het is wat dit betreft belangrijker om bestaande
wetgeving aan te passen, te controleren, bekrachtigen en sanctioneren
dan te werken aan nieuwe regels. Intermodale concurrentievoorwaarden
(infrastructuurbegrotingen, subsidies voor schepen en rollend
materiaal, etc.) moeten worden geharmoniseerd. In bepaalde gevallen,
zowel in westen als in het oosten, ontvangt het spoorwegvervoer een
preferentiële behandeling in vergelijking tot de binnenvaart. Deze
verstoringen van intermodale concurrentie moeten worden aangepakt.
2 De Infrastructuur: verbeter en breid waterweginfrastructuur uit
Op bepaalde secties van het netwerk bestaan duidelijk suboptimale
vaarwegcondities (‘bottlenecks’). Deze knelpunten hebben een
significante invloed op het algemene kostenniveau van de binnenvaart.
De belangrijkste beleidsdoelstelling wat dit betreft is daarom om door
het juiste onderhoud en het verwijderen van bepaalde knelpunten de
waterweginfrastructuur te verbeteren en, waar noodzakelijk en
gerechtvaardigd, zelfs uit te breiden. Dit zou moeten worden gebaseerd
op een inhoudelijk allesomvattende en coherente Europese
investeringsregeling (Masterplan). Milieuoverwegingen, duurzaam vervoer
en de economische argumenten betreffende de binnenvaart sluiten elkaar
niet uit en zouden in een pragmatische aanpak een even belangrijke rol
moeten spelen.
3 Binnenhavens: verbeter de performance van overslaglocaties
Havens en overslagterminals zijn onontbeerlijk voor het
concurrentievermogen van volledige intermodale ketens. Wat dit betreft
moet de implementatie van innovaties in havenmaterieel worden
opgevoerd. Andere belangrijke aspecten zijn de verbetering van
achterlandverbindingen van binnenhavens per spoor en weg, het aanbieden
van de nieuwe of betere logistieke diensten evenals het stimuleren van
tri-modaliteit (weg, water, spoor). Aangezien de kosten van overladen
en voor- en natransport vaak 50% en meer van de totale transportskosten
uitmaken, zouden industriële activiteiten, waar mogelijk, dichtbij
binnenwater moeten worden gevestigd. Op deze wijze zouden
industriezones langs waterwegen aantrekkelijker kunnen worden gemaakt
door een coördinerend ruimtelijke-ordeningsbeleid in te zetten ten
gunste van de binnenvaart. Deze aspecten zijn van bijzonder belang voor
havenontwikkeling in de toetredings-landen.
4 Informatiesystemen: gebruik RIS ter verhoging van de veiligheid en de efficiency van de binnenvaart
River Information Services (RIS; Rivier-informatiediensten) kunnen
beduidend bijdragen aan veiligheid en efficiency. Hiervoor zou extra
aandacht moeten worden gegeven aan technische randvoorwaarden,
interfaces met externe systemen en toepassingen, alsmede acceptatie
door gebruikers / systeemoperators en implementatie-ondersteuning. Ook
de samenwerking met actoren buiten de sector zou moeten worden
bevorderd. In dit verband stemt in het Consortium in met de onlangs
voorgestelde RIS-Richtlijn van de Commissie. Er moet worden gestreefd
naar spoedige implementatie van RIS met behulp van TEN-T-gelden. Voor
niet-EU Donaulanden kunnen speciale fondsen worden gecreeëerd.
5 Human resources: verzeker de bekwaamheid van arbeidskrachten en zorg voor adequate arbeidsomstandigheden en sociale zekerheid
Om het tekort aan bekwaam vaartpersoneel in sommige Europese landen en
de beschreven tekortkomingen in kennis aan te pakken, zijn
investeringen in onderwijs en trainingsprogramma’s van het grootste
belang. een aanvullend punt is de openstelling van de arbeidsmarkt van
de EU voor werknemers van buiten de Unie, met de doelstelling om te
komen tot legale en langdurige werkgelegenheid. Essentieel in dit
opzicht zijn duidelijke en geharmoniseerde wetgeving rond
arbeidsomstandigheden, sociale zekerheid en onderwijs, die ook worden
gehandhaafd. Naast het vergroten van het personeelsaanbod is er ook de
mogelijkheid om, op langere termijn, de vraag naar personeel te
beperken, bijvoorbeeld door productiviteitsaanwinsten, grotere en
efficiëntere schepen en automatisering van bepaalde taken.
6 Vloot: moderniseer de schepen
Centraal staat de lange levensduur van schepen, die schaalvergroting en
implementatie van innovatieve technologieën belemmert. Om de juiste
randvoorwaarden tot stand te brengen, zouden additionele systematische
onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma’s moeten worden opgezet ter
ontwikkeling van moderniseringmaatregelen en scheepstechnologie. De
positieve effecten van deze maatregelen liggen onder andere in
beperking van de exploitatielasten ten gevolge van
brandstofbesparingen, verdere automatisering, vermindering van emissies
door nieuwe voortstuwingstechnieken en milieuvriendelijke motoren en
verdere verhoging van de veiligheid door de inzet van
dubbelromptechologie. Er wordt verwacht dat vooral de vele financieel
zwakke MKB-ondernemingen wat dit betreft profijt zouden hebben van
financiële steun om hun schepen aan de markteisen aan te passen.
7 Markt: integreer binnenvaart beter in logistieke ketens
Het succes van het de binnenvaart in nieuwe en meer veeleisende markten
hangt af van de integratie in en aanpassing aan de vereisten van de
volledige logistieke keten van deur tot deur. Wat dit betreft zijn er
diverse maatregelen zoals verdere ontwikkeling van geharmoniseerde
intermodale laadeenheden (ILUs) en stimulatie voor verladers om modal
shift toe te passen in intermodaal vervoer. Betere samenwerking met
logistieke dienstverleners, tussen binnenvaart en spoor, met
wegvervoerders maar ook binnen de sector zou hier eveneens zeker aan
bijdragen. De versterkte inzet van ICT, gesteund door de reeds genoemde
implementatie van RIS-toepassingen, zal de integratie van binnenvaart
in intermodale logistieke ketens verder bevorderen.
8 Sector: verbeter samenwerking en innovatie op bedrijfsniveau
Natuurlijk hebben overheden duidelijke taken op verschillende niveaus
om de positie van binnenvaart binnen het Europese vervoersysteem te
versterken. De ondernemingen van de sector hebben echter een eigen
verantwoordelijkheid om de belangrijkste uitdagingen op te pakken. De
belangrijkste taken voor de sector zelf (vak- en brancheorganisaties en
de ondernemingen zelf) hebben betrekking op samenwerking en innovatie.
9 Imago: verbeter de beeldvorming van binnenvaart
Binnenvaart heeft qua prestaties en concurrentievermogen een
nadrukkelijk - helaas vaak negatief - imago bij besluitvormende
sleutelpersonen in de overheid (beleid) en bedrijfsleven (logistieke
ketens). Het verbeteren van dit vertekende beeld, met doelgerichte en
professionele informatieverstrekking zou bijdragen tot een betere
concurrentiepositie.
10 Feiten & cijfers: creëer een kennisbank voor de binnenvaart
‘Facts and figures’ vormen essentiële informatie voor alle actoren, of
het nu schippers, verladers of beleidsmakers betreft. Gedurende dit
project is op verschillende deelgebieden een duidelijk en nijpend
gebrek aan bijgewerkte, compatibele en betrouwbare gegevens
geconstateerd. Dit is niet alleen het geval op regionaal niveau,
lidstaat- en EU-niveau, maar geldt in het bijzonder voor de vier
corridors en de nieuwe lidstaten (inclusief Bulgarije en Roemenië). Het
is overduidelijk dat er betere kennis nodig is dan momenteel
beschikbaar. Mogelijke benaderingen zijn onder andere een centraal
gegevensbestand van binnenvaartstatistieken en geïntensifieerde
inspanningen betreffende het systeem van de marktobservatie van de
binnenvaartmarkt.