STOCKHOLM 27/11 Nederlands Dagblad - De ramp met de veerboot Estonia, ruim twaalf jaar geleden, zou een complot zijn geweest van misdaadbendes. Die nooit bewezen theorie wordt nieuw leven ingeblazen door de mysterieuze verdwijning van een filmpje van het wrak.
De verdenking dat de ramp met de veerboot Estonia, op de Oostzee in september 1994, mogelijk het werk is geweest van de georganiseerde misdaad laait opnieuw op. Een ongeveer 10 jaar geleden opgenomen film van het wrak blijkt spoorloos verdwenen uit de Zweedse overheidsarchieven. Dat heeft de Zweedse rijksscheepvaartdienst toegegeven. De videoband was opgevraagd door het misdaadtechnisch laboratorium (SKL) van Zweden. Dit had de film nodig in verband met een afgelopen zomer door de regering verstrekte opdracht om al het beschikbare beeldmateriaal van de grootste naoorlogse scheepsramp in Europa grondig te analyseren.
STOCKHOLM 26/9/2004 - Tien jaar na de grootste scheepsramp ooit in de Oostzee en de Zweedse scheepvaartgeschiedenis, hebben vijf volksvertegenwoordigers van vijf partijen in het Zweedse parlement een nieuw onderzoek geeist naar de ondergang van de 'Estonia'. Dat meldt The Moscow Times / Reuters onder de titel 'Swedish Lawmakers Demand New Inquiry Into the Sinking'.
Het is tien jaar geleden dat de veerboot Estonia naar de dieptes van de Baltische Zee zonk. Zij nam de levens van 852 mensen met zich mee. In Zweden, Estland en Finland wordt de ramp herdacht met speciale kerkdiensten en andere ceremonies. De actie van de Zweedse parlementariërs volgt op een lezing die mr Pieter van Vollenhove, voorzitter van de Nederlandse Raad voor de Transportveiligheid, 20 september hield tijdens een seminar in Stockholm. Hij uitte daarin kritiek op het gebrek aan onafhankelijkheid tijdens eerder onderzoek.
Onafhankelijk onderzoek Voor de zeescheepvaart moet internationaal - minstens Europees - een werkend stelsel van onafhankelijk onderzoek naar rampen en ongevallen worden opgezet. Een gewoon ongevalsonderzoek, zonder waarborgen voor onafhankelijkheid, is niet voldoende om de vele bij een ongeval betrokken tegenstrijdige belangen te kunnen ontrafelen. Dat stelde mr. Pieter van Vollenhoven, voorzitter van de Nederlandse Raad voor de Transportveiligheid en emeritus voorzitter van de International Transportation Safety Board vandaag in Stockholm tijdens een seminar, georganiseerd door het Zweedse Parlement. Gebrek aan onafhankelijk onderzoek is er volgens Van Vollenhoven de oorzaak van dat zowel na de ramp met de veerboot Estonia (1994, ruim 800 doden) als na publicatie van het onderzoeksrapport over die ramp, discussies en onzekerheden zijn blijven bestaan. De onafhankelijke onderzoeksraden van Zweden en Finland hadden nooit moeten toetreden tot de gezamenlijk onderzoekscommissie die na de ramp met de veerboot Estonia werd opgezet door de regeringsleiders van Estland, Zweden en Finland. 'Dat is slecht voor hun onafhankelijke reputatie', zei Van Vollenhove. 'Als een onderzoek niet onafhankelijk wordt uitgevoerd, loop je de kans dat vragen blijven rijzen - goed of slecht - over de waarde ervan. We hebben dit al zo vaak gezien, en nu ook weer bij de Estonia, met de discussies over haar zeewaardigheid en het veranderen van originele documenten.'
Vlaggestaat Het officiële onderzoek is uitgevoerd door een commissie waarin, naast de onafhankelijke onderzoekers uit Zweden en Finland, ook vertegenwoordigers van de Estse regering zitting hadden. In de regels voor de internationale zeescheepvaart, vastgesteld door de IMO, is alleen vastgelegd dat een scheepsramp moet worden onderzocht door de 'vlaggestaat', het land waar het schip is ingeschreven.
Voor de luchtvaart gelden wel internationale afspraken, zeker in de Europese Unie, die onafhankelijk onderzoek naar ongevallen garanderen. In een democratische samenleving, zo zei mr. Van Vollenhoven, hebben de burgers - zeker na een ramp - het recht de waarheid te weten. Na de zeer ernstige rampen die in de Europese wateren hebben plaatsgevonden (Herald of Free Enterprise, Prestige, Estonia...) is er, aldus mr. Van Vollenhoven, alle aanleiding voor de Europese Commissie om de richtlijnen die gelden voor de luchtvaart ook van toepassing te verklaren op de zeescheepvaart (en trouwens ook op buisleidingvervoer, rail- en wegverkeer). Mr. Van Vollenhoven maakt deel uit van een door de Europese Commissie opgezette werkgroep die de mogelijkheden voor verplicht onafhankelijk onderzoek naar ongevallen en rampen op Europees niveau onderzoekt. Meer nieuws en achtergronden:
