Wekelijkse VAART! Column door Dirk van der Meulen TRANSPORT & CRIMINALITEIT Een collega met een bewonderenswaardige neus voor smerige zaakjes beweerde altijd dat bij alles waar iets mis mee is, vervoer de verbindende factor vormt. Vroeg of laat zouden we er dus onze vingers achter kunnen krijgen. Hij kende z'n vak, en haalde zijn gelijk in veelvoud: als journalist ontrafelde hij misstanden in het vervoer van gevaarlijke stoffen, de passagiersvaart op de Rijn, EMK en Uniser, het zand- en grindvervoer, en nog heel wat affaires meer. Toen het over drugstransporten ging, verloren we elkaar uit het oog. De stelregel gaat nog steeds op. Zonder transport staat alles stil, ook activiteiten die het daglicht moeilijk verdragen. De afgelopen week kondigde de Erasmus Universiteit aan dat ze wil onderzoeken hoe vaak Rotterdamse havenbedrijven te maken krijgen met criminaliteit. Aan het criminele van TankCleaning Rotterdam (TCR) twijfelt niemand meer. Onderzoek van de Tweede Kamer toonde opnieuw aan hoe politiek verantwoordelijken willens en wetens zwichten voor malafide lieden. Oud-minister Neelie Kroes heeft met rappe tong de gevolgen voor zichzelf desondanks weten te beperken tot een oorvijg van de Kamercommissie. In Berlijn werkte haar latere opvolgster Annemarie Jorritsma vorige week mee aan een resolutie van de Europese transportministers tegen criminaliteit en fraude in met name het wegvervoer. Bij elkaar niet echt iets om je vrolijk over te maken. Wie de VAART! Links naar het rapport 'Inzake opsporing' heeft gevolgd, kon daar z'n hart ophalen bij een analyse van de Nederlandse wegvervoersmarkt, en de gevoeligheid van deze sector voor criminele activiteiten. De samenstellers van het rapport concluderen dat misdaadbestrijding bij transportondernemers niet hoog op de agenda staat. De interesse gaat niet veel verder dan gevallen waarin de branche slachtoffer is, zoals diefstal van wagens en/of ladingen. Met een scheef oog kijken transportondernemers naar de valse concurrentie door malafide bedrijven: 'Malafide transporteurs hebben geld voor prima materieel en rijden tegen afbraakprijzen. Die prijzenslag brengt een groot aantal ondernemers aan de onderkant van de markt in de knel; onder hen heel veel eigen rijders. Deze noodlijdende transporteurs hebben geen andere keus dan zichzelf uit te verkopen. Dit leidt in sommige gevallen tot het faillissement, maar vaker houdt een bedrijf ondanks alles het hoofd nčt boven water. Er ontstaat een omvangrijke groep marginale ondernemers die vervolgens zelf kwetsbaar zijn voor illegale acties. En daarmee is de cirkel rond. Het toenemende 'rommelen' in de branche betekent een aantasting van de goede naam, die natuurlijk een voorwaarde is voor economisch succes.' Het rapport 'Inzake opsporing' legt amper verbanden naar de binnenvaart. Dat kan een goed teken zijn, maar pas op dat we onszelf niet in de waan laten dat het op het water 'dus' wel goed zit. Kwetsbare ondernemingen heb je overal, en de criminaliteit loert. Iedere varende ondernemer kan wel een voorbeeld bedenken. Alert zijn en blijven, is de boodschap. Weten wat kan en waar je eigen grenzen liggen. Wie eenmaal in het circuit zit komt er niet gemakkelijk weer uit. Vroeg of laat haal je de krant. Want zonder transport staat het allemaal stil, ook al kies je voor binnenvaart. -------------------------------------------------------------- Bathmen, 28 april 1997. (c) 1997 - VAART! Infoservice VAART-L staat als forum open voor discussie, nieuwe informatie, en andere ervaringen. Deze en alle voorgaande VAART! Columns zijn op het Web raadpleegbaar op http://www.per.nl/vaart/columns/